content

AA
(06/12/2005) Werkbezoek Kosova (Kosovo) najaar 2005

Europees Parlementslid Bart Staes bracht een werkbezoek aan Kosova van 17 tot en met 21 oktober 2005. Bedoeling was een brede waaier van beleidsverantwoordelijken, politieke leiders, eminente waarnemers van de Kosovaarse samenleving en maatschappelijk betrokken mensen te ontmoeten om een zo gefundeerd mogelijk inzicht te krijgen in de actuele problematiek in Kosova.

Dit bezoek was trouwens ook de start van een campagne voor een definitief statuut van Kosova, zes jaar na de machtsovername door de V.N.

De samenstelling van het programma voor dit bezoek was gebaseerd op de huidige structuren van Kosova, met name de UNMIK-structuren en daarnaast de autonome Kosvaarse instellingen, en op de knel- en pijnpunten van de Kosovaarse maatschappij.

Op het eerste gezicht kan dit misschien een indruk van bureaucratische benadering wekken, maar dit was de bedoeling helemaal niet. Men wilde juist trachten de polsslag van de Kosovaarse gemeenschap te voelen.

Krachtens Resolutie 1244 van 10.06.1999 gelastte de V.N.-Veiligheidsraad de Secretaris-Generaal van de V.N. een burgerlijk interim-bestuur (UNMIK) te vormen in Kosova, dat progressief autonome Kosovaarse instellingen moest tot stand brengen. De UNMIK-opdracht berust op vier pijlers: Justitie en Politie, Burgerlijk Interim-bestuur, Institutionele Opbouw, Wederopbouw en Economische Ontwikkeling. Via verkiezingen creëerde UNMIK sinds 2000 "Voorlopige Instellingen voor Zelfbestuur" (parlement en regering, gemeenteraden...).

Op basis van de vier pijlers van UNMIK werd een lijst met te ontmoeten personen samengesteld. Daarnaast werd ook een lijst gemaakt op basis van de knel- en pijnpunten van Kosova.

Het bezoek startte officieel bij de top van UNMIK. Er was een ontmoeting met Kim Freidberg, de adviseur van Hoog Vertegenwoordiger van de V.N.- Secretaris-Generaal Søren JESSEN-PETERSEN, en met de politieke directeur, de Rus Petr Ivantsov. Beide topambtenaren waren vrij positief over de toepassing van de Europese standaarden en over het decentraliseringproces. Problemen zagen zij nog inzake de veiligheidsstructuren en de justitie.

De infiltratie door Servische agenten uit Belgrado en de inlichtingendiensten van de grote partijen zijn nog knelpunten. Begeleiding en ondersteuning door Europa zal nog een tijd nodig blijven, wanneer Kosova een onafhankelijk statuut krijgt. En een statuut kan er best zo vlug mogelijk komen. Hoe eerder, hoe liever, aldus deze internationale verantwoordelijken.

Van het UNMIK-hoofdkwartier ging het naar het sjofele kantoortje van Kosova Actie Netwerk van de radicale ex-studentenleider en ex-politiek gevangene Albin KURTI. Overal in Kosova vind je graffiti met de leuze van deze beweging "Geen onderhandelingen. Zelfbeschikking!" . De radicale taal van Kurti over "de kolonisatoren van UNMIK" en over de broodnodige onafhankelijkheid slaat trouwens steeds meer aan bij de jonge Kosovaarse bevolking.

Na het gloedvol betoog van de rebel Kurti werd een bezoek gebracht aan de charismatische vader des vaderlands, Ibrahim RUGOVA, president van de voorlopige instellingen van Kosova. Deze invloedrijke symboolfiguur is zichtbaar verzwakt door de ziekte, maar blijft desondanks de politieke ontwikkelingen op de voet volgen, want de kroon moet nog op het werk gezet. Kosova moet dringend onafhankelijk worden, daar valt niet aan te twijfelen, zo besloot de president.

Echte pacificering van de Kosovaarse samenleving zal slechts mogelijk zijn indien het grote pijnpunt van de 2514 nog vermiste personen weggewerkt is. In Gjakova vond een pakkende ontmoeting plaats met een delegatie van de ngo “Oproep van Moeders”, die onder leiding van de gedreven Nysrete KUMNOVA, zelf moeder van een vermiste zoon, zich inzet om opheldering te krijgen over het lot van de vermiste geliefden en verwanten. Belgrado speelt politieke spelletjes met de vermisten: om de drie maanden worden een aantal stoffelijke overschotten overgedragen. In totaal nog maar 620 op vier jaar tijd. De internationale druk op Servië moet derhalve opgedreven worden.

Een ander pijnpunt is het bestaan van enclaves. Zowel voor de Serviërs die er geïsoleerd leven en zich onveilig voelen als voor de Albanezen die er een bedreiging voor de integriteit van het grondgebied in zien. Een bezoek aan de zuidelijke gemeente Rahovec leerde dat de OVSE daar enorm werk levert om de kleine Servische minderheid te laten integreren in de lokale samenleving. Toezien op de toepassing van de taalwet is er bvb een onderdeel van. Probleem is dat Belgrado ook met de Servische minderheid in Kosova een politiek spel speelt. De onveiligheidsgevoelens zijn vaak meer gebaseerd op perceptie dan op realiteit, zo werd door neutrale waarnemers verklaard.

Bijzondere aandacht is bij dit werkbezoek uitgegaan naar de vierde pijler van UNMIK, de EU-pijler, voor wederopbouw en economische ontwikkeling. De directeur van EAR (Europees Agentschap voor Reconstructie), G. Mamberto, uitte zijn tevredenheid over het vrij positieve rapport van Kai Eide voor de Veiligheidsraad inzake de situatie in Kosova. Al blijven er knelpunten.

P. Nelles, de directeur van het KTA (Kosova Trust Agency), is positief over de privatisering van de overheidsbedrijven, maar ondernemingen worden nog onvoldoende volgens westerse standaarden geleid. Er komt te weinig geld binnen en de handelsbalans vertoont een catastrofaal deficit: voor de eerste acht maanden van 2005 moest Kosova voor 751 mio euro aan goederen en diensten invoeren en kon het slechts voor 28 mio euro uitvoeren (o.a. schroot, kampernoelies, wijn). De overheid heeft dus een enorm budgettair probleem, temeer omdat de belastingen en de taksen slecht geïnd worden.


Groot pijnpunt blijft anderzijds het manke elektriciteitsnet. Stroomonderbrekingen zijn schering en inslag, wat grote wrevel veroorzaakt bij de bevolking en bovendien buitenlandse investeerders afschrikt. Een bezoek aan de immense bruinkoolmijnen en aan de twee stroomcentrales van Obiliq leert dat Kosova over een potentieel beschikt om gans de regio van stroom te voorzien. Maar daar is heel veel geld voor nodig. J. Ashley, de Ierse manager van de elektriciteitsmaatschappij KEK, spreekt van 8O7 mio euro van nu tot 2010.

Maar ondertussen is er zelfs onvoldoende geld voor het noodzakelijke onderhoud, want slechts 30% van de afnemers betaalt de facturen, deels uit armoede en deels uit onwil, omdat de Serviërs in Kosova weigeren te betalen. Ook hier speelt Belgrado vuil spel: Serviërs die weigeren aan KEK te betalen krijgen een premie.

Een belangrijk deel van het werkbezoek stond in het teken van het politieke statuut van Kosova. Daarom waren er gesprekken met politieke leiders van alle strekkingen en van de diverse etnische gemeenschappen. Daartoe behoorden ook de door president Rugova aangeduide leden van het Forum voor de onderhandelingen over het definitieve statuut van Kosova. Achtereenvolgens waren er ontmoetingen met parlementsvoorzitter N. Daci, eerste minister B. Kosumi, de fractievoorzitters van de diverse partijen (A. Gashi van LDK, J. Krasniqi van PDK, G. Syla van AAK, T. Sahatqija van ORA, O. Ivanovic van SLKM-GIS), met vertegenwoordigers van minderheden, met partijvoorzitter H. Thaci en oud-eerste minister B. Rexhepi.

De boodschap die overgebracht werd was – zij het met lichte verschillen in toonaard – unaniem, met uitzondering van de Servische woordvoerder O. Ivanovic: "Kosova heeft dringend behoefte aan een definitief statuut en dat kan enkel onafhankelijkheid betekenen; de onderhandelingen mogen niet te lang duren en Belgrado krijgt enkel inspraak als het over de Servische minderheden en hun cultureel erfgoed gaat; de KFOR-troepen mogen nog geruime tijd blijven, maar daarbuiten willen de Kosovaren hun land zelf besturen."

De Servische woordvoerder verzette zich als enige tegen onafhankelijkheid en dreigde ermee dat de Servische enclaves zich in dat geval ook onafhankelijk zouden verklaren. De vertegenwoordigers van de andere minderheidsgroepen daarentegen onderschreven nadrukkelijk de Albanese eis tot onafhankelijkheid.

Verder waren er nog ontmoetingen met enkele ministers, zoals A. Gjini (leefmilieu en ruimtelijke planning) en L. Haziri (lokaal zelfbestuur). En een vriendschapsbezoek aan Ramush Haradinaj (ex-eerste minister en partijvoorzitter AAK). En tot slot een ontmoeting met prof. Pajazit Nushi, voorzitter van het Kosovaarse Mensenrechtencomité. Die smeekte om aandacht voor het probleem van de 2514 vermiste personen. Het werkbezoek werd trouwens afgerond met het bijwonen van de begrafenis van 30 vermisten uit het dorp Fushë Kosovë, gevonden in een massagraf in Servië. Aangrijpend en beklijvend.

GroenDe enige partij die sociaal én milieuvriendelijk is.

www.groen.be

De Groenen/EVAGroenen en Europese Vrije Alliantie in het Europees Parlement.

www.greens-efa.eu

Samen ijveren voor een beter Europa en klimaat?