De Europese Commissie kondigde vandaag aan drie inbreukprocedures te starten tegen Hongarije. Zij heeft onder meer bezwaren tegen hoe de Hongaarse regering de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht aantast. Groen Europarlementslid Bart Staes noemt de actie van de Europese Commissie een welkome eerste stap, maar wil de procedure uitbreiden. Ook tegen de ondermijning van de democratie en de persvrijheid door de regering van premier Viktor Orbán moet Europa in actie komen. Die procedure kan uiteindelijk uitmonden in het intrekken van het stemrecht van Hongarije in de Raad van Ministers.
Staes: “De Europese Commissie onderneemt eindelijk actie, maar slechts op een beperkt aantal punten. De aantasting van de rechterlijke onafhankelijkheid in Hongarije gaat verder dan alleen het met vervroegd pensioen sturen van een groot aantal rechters. Ook andere delen van de nieuwe grondwet, de mediawet en de kieswet doen het land afglijden naar een dictatuur. Ik wil daarom dat de Europese Commissie actie onderneemt tegen alle maatregelen die de waarden en grondrechten van de Europese Unie schenden. Een brandstichter die alleen wordt aangeklaagd voor het stelen van lucifers, en niet voor de brand zelf, komt te makkelijk weg.”
De Groenen in het Europees Parlement pleitten eerder al voor een zwaardere procedure, volgens artikel 7 van het EU-verdrag. Deze waarschuwings- en sanctieprocedure voor landen die de Europese waarden schenden kan het Europarlement zelf in gang kan zetten. Premier Orbán komt morgen naar het Europarlement om te voorkomen dat dit middel wordt ingezet. “Orbán zal met een heel goed verhaal moeten komen om ons ervan te weerhouden een artikel 7-procedure te vragen”, aldus Staes.
Het was de bedoeling dat het Europees Parlement deze week al over een Hongarije-resolutie zou stemmen om de artikel 7-procedure te starten, maar op het laatste moment werd de stemming van de agenda gehaald. Staes: “Er was geen enkele reden om deze week niet te stemmen over Hongarije. Het besluit van de Europese Commissie kwam vandaag en morgen praten we er in het Europarlement over. De sociaaldemocraten wilden het punt echter van de agenda, om de verkiezing van hun kandidaat voor het voorzitterschap, Martin Schulz, niet in gevaar te brengen. Een duidelijk geval van verkeerde prioriteiten.”