Momenteel wordt overeenkomstig richtlijn 2002/32/EG [1] in dierenvoeding een hoeveelheid van 2000 mg/kg fosfaat toegestaan. Een teveel aan fosfaat in het menselijk lichaam kan gezondheidsproblemen zoals nierbeschadiging en osteoporose veroorzaken.
– Welke wetenschappelijke gegevens rechtvaardigen de toegestane hoeveelheid fosfaat in dierenvoeding? Garandeert de huidige regelgeving een voldoende bescherming van de volksgezondheid?
– Is sinds de invoering van deze richtlijn verder onderzoek verricht en zijn er nieuwe wetenschappelijke gegevens aan het licht gekomen over de gevolgen voor de volksgezondheid van de aanwezigheid van fosfaat in dierenvoedsel?
– Indien ja, is de Commissie bereid om een wijziging van de richtlijn voor te stellen?
[1] PB L 140 van 30.5.2002, blz. 10.
***
ANTWOORD VAN COMMISSARIS VASSILIOU (op 21 januari 2009)
In zijn vraag verwijst het geachte Parlementslid naar Richtlijn 2002/32/EG [1] van het Europees Parlement en de Raad inzake ongewenste stoffen in diervoeding, waarin een maximaal toelaatbaar gehalte van 2000 milligram fosfaat per kilo diervoeding zou zijn vermeld.
De Commissie wijst erop dat bovenvermelde richtlijn geen maximaal toelaatbaar gehalte aan fosfaat in diervoeding vaststelt.
Fosfaten staan op de niet-exclusieve lijst van de belangrijkste voedermiddelen in Richtlijn 96/25/EG van de Raad [2] van 29 april 1996 betreffende het verkeer en het gebruik van voedermiddelen.
Verder beschikt de Commissie niet over aanwijzingen dat de aanwezigheid van fosfaten in diervoeding gezondheidsproblemen bij de mens zoals nierbeschadiging en osteoporose kan veroorzaken.
Richtlijn 2002/32/EG stelt daarentegen een maximumgehalte vast voor fluor in mengvoeders en voedermiddelen, inclusief fosfaten. Het maximumgehalte fluor in fosfaat bedraagt 2000 mg/kg. Het Wetenschappelijk Panel voor contaminanten in de voedselketen (CONTAM Panel) van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft op 22 september 2004 op verzoek van de Commissie een wetenschappelijk advies opgesteld over fluor als ongewenste stof in diervoeding.[3] Het CONTAM Panel kwam tot de conclusie dat fluoride zich niet in eetbare weefsels, zoals melk en eieren, opstapelt en dat de aanwezigheid van fluoride in voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong als gevolg van fluoride in diervoeding geen invloed van betekenis heeft op de blootstelling van mensen aan deze stof.
[1] PB L 140 van 30.5.2002.
[2] PB L 125 van 23.5.1996.
[3] http://www.efsa.europa.eu/cs/BlobServer/Scientific_Opinion/contamopej237mineralwateren1.pdf?ssbinary="true"