Moeten de EU-regels over gezinshereniging voor migranten worden veranderd? De Commissie is vandaag een openbare raadpleging gestart over het recht op gezinshereniging van onderdanen van derde landen die in de EU verblijven. Afhankelijk van de uitkomst van de raadpleging zal de Commissie besluiten of het beleid moet worden bijgesteld – bijvoorbeeld door duidelijke richtsnoeren of een wijziging van de bestaande regels – of dat de wetgeving niet hoeft te worden aangepast. Belanghebbenden en het publiek kunnen hun mening geven via ec.europa.eu/yourvoice. Achtergrondinformatie en contactgegevens vindt u hier.
Sinds 2003 bepalen gemeenschappelijke Europese regels de voorwaarden voor toegang en verblijf in de EU voor gezinsleden van een niet-EU-burger die legaal in een lidstaat verblijft.
"Gezinshereniging geeft immigranten de mogelijkheid een gezinsleven te hebben en helpt hun integratie in de samenleving", benadrukte Cecilia Malmström , commissaris voor Binnenlandse zaken. "Ik hoop dat alle belanghebbenden aan de raadpleging zullen deelnemen om hun ervaringen te delen en hun mening te geven over de wijze waarop de regels inzake gezinshereniging doeltreffender kunnen worden gemaakt. Aan lidstaten wordt vooral gevraagd om de problemen met het misbruik van de bestaande regels die zij beweren te hebben, uiteen te zetten en te kwantificeren", voegde zij toe.
In het Groenboek wordt ingegaan op een aantal problemen die zich bij de toepassing van Richtlijn 2003/86/EG voordoen. Alle belanghebbenden wordt verzocht – vóór 1 maart 2012 – hun mening te geven over zaken als: de personen op wie de richtlijn betrekking moet hebben: hoe het best bepaald kan worden welke migranten onder de EU-regels vallen; of het recht op gezinshereniging moet worden uitgebreid naar andere gezinsleden, naast die van het kerngezin; welke problemen er bestaan rond schijnhuwelijken; de voorwaarden voor gezinshereniging: of de integratievoorwaarden die lidstaten mogen stellen nader moeten worden omschreven; of er waarborgen nodig zijn om ervoor te zorgen dat dergelijke maatregelen de integratie werkelijk bevorderen en niet worden gebruikt als belemmering voor gezinshereniging; de manieren om mogelijke fraude en schijnhuwelijken aan te pakken; de werking van bepaalde verplichtingen voor lidstaten, zoals het rekening houden met de belangen van kinderen bij de behandeling van een verzoek.
De Commissie is voornemens een publieke hoorzitting te houden nadat zij de schriftelijke bijdragen ontvangen heeft.
Achtergrond
In de richtlijn (2003/86/EG) zijn gemeenschappelijke voorwaarden opgenomen over het recht van niet-EU-gezinsleden om zich te voegen bij onderdanen van derde landen die legaal in de EU verblijven. De richtlijn behandelt niet de situatie van onderdanen van derde landen die gezinslid zijn van een EU-burger, die in het kader van het vrij verkeer van EU-burgers wordt geregeld (zie Richtlijn 2004/38/EG).
Volgens de beschikbare gegevens bleek migratie om familieredenen aan het begin van de jaren 2000 meer dan 50% van de totale legale immigratie uit te maken. Momenteel is dit aandeel afgenomen tot ongeveer een derde van alle immigratie naar de EU. Het aandeel migranten dat onder de richtlijn valt, d.w.z. onderdanen van derde landen die zich bij niet-EU-burgers voegen, is nog kleiner: 21% van alle titels wordt aan deze categorie migranten afgegeven. In 2010 kwam dit overeen met ongeveer 500 000 personen. Italië heeft in dat jaar het grootste aantal verblijftitels om familieredenen afgegeven aan onderdanen van derde landen die zich bij niet-EU-burgers voegden (160 200), gevolgd door het Verenigd Koninkrijk (103 187) en Spanje (89 905).
Niet-EU-burgers die gezinslid zijn van onderdanen van derde landen die legaal in de EU verblijven, hebben recht op toegang en verblijf in de EU indien de gezinshereniger "één jaar of langer" in de EU heeft verbleven en "reden heeft om te verwachten dat hem een permanent verblijfsrecht zal worden toegekend". Lidstaten mogen eisen dat er aan andere voorwaarden wordt voldaan, zoals voldoende inkomsten, passende woonruimte en een ziektekostenverzekering, alsmede aan "integratievoorwaarden".
De Commissie heeft op 8 oktober 2008 een verslag uitgebracht betreffende de toepassing van de richtlijn, waarbij zij mogelijke problemen heeft vastgesteld en aanbevelingen heeft gedaan over de wijze waarop de tenuitvoerlegging verbeterd kon worden. Uit het verslag bleek met name dat de richtlijn te veel beslissingsbevoegdheid aan de lidstaten geeft voor de toepassing van een aantal facultatieve bepalingen, met name wat betreft de tijd die een onderdaan van een derde land moet wachten voordat zijn gezin zich bij hem kan voegen en de mogelijkheid voor lidstaten om onderdanen van derde landen te verplichten aan "integratievoorwaarden" te voldoen.
Tegen deze achtergrond start de Commissie nu een openbaar debat over gezinshereniging om te bepalen of maatregelen op beleidsniveau nodig zijn, en zo ja welke. Het Groenboek dat vandaag is aangenomen heeft als doel bij belanghebbenden en lidstaten informatie in te winnen over een aantal kwesties op dit gebied om te zorgen voor doeltreffende EU-regelgeving inzake gezinshereniging.
Eventuele vervolgmaatregelen zullen worden onderworpen aan een grondige beoordeling van het effect daarvan op de grondrechten, in het bijzonder het recht op eerbiediging van het privéleven en het familie- en gezinsleven, het recht te huwen, de rechten van het kind en het non-discriminatiebeginsel.
Voor meer informatie
Homepage van EU-commissaris voor Binnenlandse zaken Cecilia Malmström
Homepage van DG Binnenlandse zaken