“Zowel de Europese wetgeving over pesticiden (verordening 1107) als de implementatie ervan, moeten fors verbeteren.” Dat is volgens Europees parlementslid Bart Staes (Groen) de kern van het rapport dat hij vandaag voorlegt, samen met zijn co-rapporteur, de Duitse christendemocraat Norbert Lins. Die verbetering moet er onder andere komen door het beoordelingsproces van pesticiden transparanter te maken en onafhankelijke wetenschap daarin een sterkere rol te geven. Het rapport komt er in het kader van de speciale parlementaire commissie over de toelatingsprocedure van pesticiden (PEST), die op 6 februari dit jaar werd opgericht na goedkeuring door een meerderheid van het Europees Parlement. Deze commissie onderzocht de afgelopen maanden de tekortkomingen die opdoken in de glyfosaat-discussie van de jongste twee jaar.
Staes: "Ik ben blij dat ik een consensus heb weten te bereiken met collega Lins, lid van een politieke familie die niet bepaald vooroploopt met het beschermen van biodiversiteit en de noodzakelijke ecologische transitie. We zijn het erover eens dat de Europese toelatingsprocedure aan een fikse ‘upgrade’ toe is. Want welke positie je in dit debat ook inneemt, niemand kan blij zijn met de wetenschappelijke en maatschappelijke controverse die ontstond door de glyfo-saga.”
Staes wijst erop dat het aan de groene fractie te danken is dat deze commissie er kwam: “Net als bij de Panama-commissie en de Dieselgate-commissie reageerden de meeste andere fracties eerst met veel tegenzin. Vooral de EVP (CD&V) was tegen. Ook nu was het weer trekken en sleuren. Maar uiteindelijk telt het resultaat.”
Het rapport pleit voor meer transparantie, bijvoorbeeld door het publiek maken van alle studies die worden gebruikt bij de beoordeling van chemische substanties door de European Food Safety Authority (EFSA) en ook door een betere monitoring nadat producten op de markt zijn toegelaten.
Staes: “Voorlopig laat die transparantie te wensen over. Precies een week geleden was ik met groene collega’s nog bij het Europees Hof van Justitie in Luxemburg. Onze zaak tegen EFSA kwam voor. Het agentschap wil studies over de impact van glyfosaat op de menselijke gezondheid geheimhouden om de commerciële belangen van bedrijven zoals Monsanto en Cheminova te beschermen. Die laatsten schaarden zich overigens bij de zaak achter EFSA. Wij vinden dat hier het publieke belang zwaarder moet wegen dan het private, commerciële belang.”
Staes hoopt dat het werk van de PEST-commissie wezenlijk zal bijdragen tot een betere beoordeling van zowel nieuwe substanties als de samengestelde producten. Pesticiden bestaan altijd uit de actieve stof, vermengd met allerlei additieven. Het cocktail-effect en de ook toxiciteit op langere termijn van die producten wordt niet tot onvoldoende onderzocht.
Staes: “Dit moet veranderen, gezien de systematische blootstelling van mens en milieu. Het rapport pleit ervoor dat publiek toegankelijke, peer reviewde studies evenveel gewicht krijgen als studies van de industrie en belanghebbenden. Het moet gedaan zijn met het “copy & pasten” van analyses, uitgevoerd en beschreven door de industrie, die klakkeloos worden overgenomen door de nationale instanties. Wij wilden de rol van de industrie bij het maken van de analyses nog veel meer inperken, maar daar vond ik geen overeenstemming met Lins.”
Uit één van de hoorzittingen bleek dat het Duitse instituut BfR, dat instond voor de hernieuwde evaluatie van glyfosaat eind 2017, plagiaat pleegde. De in onafhankelijke studies bewezen schadelijkheid voor mensen, dieren en serieuze risico’s voor het milieu werden op aangeven van het bedrijfsleven, verenigd in de Glyphosate Task Force (GTF), van tafel geveegd. Staes: “Als het aan ons ligt mogen bedrijven niet langer zélf uitkiezen door welke lidstaat zij hun substantie laten onderzoeken. Dat moet door de Europese Commissie gebeuren. Er moeten ook wettelijk verplichte, Europese maatregelen komen voor het beperken van de risico’s bij het gebruik van pesticiden, voor zover bekend. Dat moet niet langer alleen aan de lidstaten overgelaten worden.”
Over de glyfosaat-kwestie zelf, ten slotte de katalysator van dit alles, werd geen overeenstemming bereikt, behalve dan dat de “wetenschappelijke controverse” over de vraag of de stof kankerverwekkend is voor de mens of niet, nog steeds voortduurt.
Uitgerekend op de dag dat het PEST-rapport wordt gepubliceerd, bezoekt Staes samen met de commissie de kantoren van IARC in Lyon. Staes: “Dit gerenommeerde Internationaal Kankeronderzoekscentrum van de VN bestempelde glyfosaat in maart 2015 als mogelijk kankerverwekkend voor de mens. Dat was de basis van de hele controverse en maakte duidelijk waarom onafhankelijke, transparante wetenschap zo belangrijk is. Wat mij betreft is er nog steeds onvoldoende duidelijk waarom EFSA de waarschuwingen en risicobeoordeling van onafhankelijke wetenschappers in de wind sloeg of onvoldoende zwaar liet doorwegen.”
"Als we het vertrouwen in de Europese instellingen willen herstellen, moeten de betrokken agentschappen de door hen gebruikte studies en de onderliggende data openbaar en toegankelijk maken. Geheimhouding leidt nergens toe en voedt enkel het vermoeden dat er belangenconflicten zijn en dat Bayer-Monsanto’s wensen belangrijker zijn dan die van de Europese burgers", besluit Staes.
Op 27 september bespreekt de PEST-commissie het rapport. Na een politiek debat en de mogelijkheid tot amenderen, volgt de stemming op 6 december in de commissie. In januari spreekt het plenaire halfrond zich uit in Straatsburg.