AA
Toepassing milieueffectbeoordeling voor aanleg snelweg in Noord-Frankrijk (Schriftelijke vraag E-0615/07)

Geruime tijd geleden maakte de Franse overheid bekend dat zij een nieuw stuk snelweg (A24) wil aanleggen die vanaf de Franse grens zou moeten aansluiten op de N58 in België. Mogelijk zal deze snelweg de laatste kilometers uitmonden in een expresweg vooraleer aansluiting te vinden bij de bestaande N58. Die kent nu de eerste kilometers nog twee vakken per rijrichting (Wallonië), daarna wordt het een gewone tweebaansweg (Vlaanderen). Aangenomen wordt dat Frankrijk hiermee onder meer het verkeer op de ring rond Rijsel wil verminderen. Het staat buiten kijf dat de regio's van België met dit Franse initiatief - wat ook de concrete uitwerking daarvan zal zijn - beduidend meer milieuhinder zullen ondervinden (geluidsoverlast, luchtvervuiling, ...). Schattingen spreken van 10.000 extra verkeerseenheden per dag.

Richtlijn 85/337/EEG bepaalt in art. 7 dat lidstaten hun buren moeten informeren (actief of passief) over projecten waarvan zij vermoeden dat deze aanzienlijke milieueffecten zullen hebben in de andere lidstaat of lidstaten. Dat moet gebeuren 'uiterlijk' wanneer het eigen publiek wordt voorgelicht. In Frankrijk zijn hierover al informatiecampagnes geweest voor betrokkenen die naast of nabij de te verwachten tracés wonen. Wallonië noch Vlaanderen worden daarbij betrokken. Het idee van een gezamenlijke studie door de drie regio's is door de Franse overheid inmiddels geweigerd met het argument dat "Frankrijk ook niet geraadpleegd werd toen de weg Pecq-Armentières werd aangelegd".

Is de Commissie op de hoogte van dit dossier en acht zij de handelwijze van de Franse autoriteiten in overeenstemming met de bepalingen van de richtlijn Milieueffectbeoordeling, in het bijzonder met art. 7?

Indien ja: hoe verdedigt zij de weigerachtige houding van de Franse overheid en welke argumenten draagt zij aan die waarborgen dat Vlaanderen noch Wallonië ernstige milieuhinder zullen ondervinden door de aanleg van de A24 en de aansluiting - van welke soort deze ook moge wezen - op het Belgisch wegennet?

Indien neen: welke stappen zal zij ondernemen opdat Frankrijk zijn verplichtingen terzake zal nakomen?

***

ANTWOORD VAN COMMISSARIS DIMAS (24 april 2007)

De aanleg van autowegen is opgenomen in bijlage I bij Richtlijn 85/337/EEG van de Raad van 27 juni 1985 betreffende de milieu-effectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten als gewijzigd bij de Richtlijnen 97/11/EG en 2003/35/EG (MER- richtlijn) . Voor de in die bijlage I opgenomen projecten moet een milieueffectrapportage worden gemaakt.

Wanneer een project grensoverschrijdende effecten kan hebben, wordt in artikel 7, lid 1, van de MER-richtlijn het volgende voorgeschreven: "Wanneer een lidstaat constateert dat een project aanzienlijke effecten kan hebben op het milieu in een andere lidstaat, of wanneer een lidstaat die aanzienlijke effecten zou kunnen ondervinden hierom verzoekt, doet de lidstaat op welks grondgebied het project wordt voorgesteld, de krachtens artikel 5 verzamelde informatie aan de andere lidstaat toekomen op hetzelfde tijdstip als hij deze informatie ter beschikking stelt van zijn eigen onderdanen."

De Commissie wordt van dit dossier niet in kennis gesteld, aangezien zij niet systematisch de informatie ontvangt over de MER-besluitvormingsprocedures die in de verschillende lidstaten lopen.

Wat de eventuele grensoverschrijdende effecten van dit project betreft, is het, wanneer geen van beide lidstaten van mening was dat de geplande autoweg grensoverschrijdende effecten zou hebben, niet nodig het Waalse en Vlaamse publiek te informeren en te raadplegen. Het is inderdaad zo dat Frankrijk alleen informatiecampagnes heeft opgezet voor betrokkenen die naast of nabij de toekomstige tracés wonen.

Met betrekking tot het idee van een gezamenlijke studie door de drie regio's, dat door de Franse overheid zou zijn afgewezen, dient erop te worden gewezen dat dit in de MER-richtlijn niet wordt geëist.

De Commissie beschikt niet over informatie met betrekking tot de effecten van dit project. De directe en indirecte effecten van een project op het milieu worden aangegeven, beschreven en geëvalueerd in de milieueffectrapportage, die eveneens een beschrijving moet bevatten van de maatregelen welke worden overwogen om belangrijke negatieve effecten te voorkomen, te beperken en indien mogelijk te verhelpen.

Op basis van de informatie die haar is meegedeeld, heeft de Commissie geen reden te denken dat het bepaalde in de MER-richtlijn niet correct is toegepast.

GroenDe enige partij die sociaal én milieuvriendelijk is.

www.groen.be

De Groenen/EVAGroenen en Europese Vrije Alliantie in het Europees Parlement.

www.greens-efa.eu

Samen ijveren voor een beter Europa en klimaat?