Tarieven elektronisch betalen - Maestro (Schriftelijke vraag E-0015/07)

• 2007-04-18

Begin december, bij de publicatie van de Maestro-afwikkelingsvergoedingen, kwam weer naar voren dat de Belgische banken hebben besloten om het betaalsysteem MisterCash/Bancontact in België te vervangen door Maestro (Mastercard), dat - zo luiden krantenberichten - "in feite een monopoliepositie heeft in Europa". De tarieven van Maestro zouden voor handelaars flink stijgen, wat doet vermoeden dat aan het eind van de schakel ook de consument meer zal moeten betalen.

Volgens de banksector is de enige nieuwigheid de zgn. 'interchange fee' of afwikkelingsvergoeding. Die komt erop neer dat via de rekening van de handelaar een vergoeding betaald wordt aan de bank van de consument. Geld dat aan het eind van de rit hoe dan ook zal moeten worden opgehoest door de consumenten. Omdat dit naargelang de handelaar en de consument verschillende banken zullen zijn blijft dit geld bovendien binnen de banksector. Daarom wordt deze vergoeding gezien als een prijsafspraak tussen banken.

Eerder al had de Europese Centrale Bank ervoor gewaarschuwd dat de Eengemaakte Europese Betaalruimte elektronische betalingen duurder zou maken. Mede hierdoor wordt nu al gewaarschuwd dat een aantal handelaren hun cliënteel zal vragen in contanten te betalen, wat de veiligheid niet ten goede zal komen.

De enige andere aanbieder in België lijkt V-Pay (Visa) te zullen worden. Voorlopig beperkt diens belangstelling zich tot het verkennen van de markt.

De Belgische minister van Economie kondigde onmiddellijk aan de Commissie te interpelleren over deze kwestie. Op 30 juni 2006 maakte de Commissie bekend dat ze een 'Verklaring met Bezwaren' (Statement of Objections) heeft gestuurd naar Mastercard, specifiek betreffende deze afwikkelingsvergoedingen.

1. Kan de Commissie meedelen of het in de nieuwe constellatie met Maestro inderdaad de handelaren - en dus de consumenten - zullen zijn die aanzienlijk meer zullen moeten betalen?

2. Erkent de Commissie dat een stijging van het betalen in contanten de veiligheid niet ten goede zal komen en welke maatregelen denkt zij in deze te kunnen nemen?

3. Deelt zij de mening dat de afwikkelingsvergoeding een prijsafspraak is tussen de banken in België?

4. Wat is haar antwoord geweest aan de Belgische minister van Economie over deze kwestie?

5. Heeft Mastercard al gereageerd op de bezwaren die de Commissie aan deze onderneming heeft gericht? Zo ja: wat was deze reactie en beschouwt de Commissie haar als bevredigend? Zo neen: zal de Commissie bijkomende actie ondernemen?

***

ANTWOORD VAN COMMISSARIS McCREEVY (22 maart 2007)

De Commissie werkt nauw samen met de Europese banksector om in 2008 een kostenefficiënte en veilige markt voor elektronische betalingen (de Single Euro Payments Area, kortweg SEPA) tot stand te brengen. De Commissie neemt nota van de voordelen die intensiever gebruik van elektronische betalingen in plaats van contante betalingen te bieden heeft, zowel wat veiligheid als wat kostenefficiëntie betreft.

De Commissie meent dat SEPA grotere schaalvoordelen zal bieden en zal bijdragen aan de totstandkoming van efficiëntere en beter geïntegreerde betalingsmarkten in Europa. De voordelen zullen het grootst zijn in lidstaten met een relatief minder efficiënte betalingsmarkt. Toch zou SEPA ook in lidstaten met relatief efficiënte betalingssystemen, zoals België, ertoe moeten leiden dat de prijzen voor consumenten en handelaren dicht bij de kostprijs van de elektronische betaaldienst liggen, op voorwaarde dat er voldoende concurrentie is op deze markten.

De overstap naar SEPA mag geen voorwendsel zijn voor banken om hun prijzen voor consumenten en handelaren te verhogen. De Commissie volgt de ontwikkelingen op dit gebied op de voet. Zij ziet erop toe dat het SEPA-project wordt ontwikkeld in samenwerking met de mededingingsautoriteiten om op die manier mogelijke problemen bij de bron aan te kunnen pakken.

In het kader van een sectoronderzoek van de Commissie naar retailbanking is de concurrentie op het gebied van betaalkaarten en betaalsystemen onderzocht. In het eindverslag van het op 31 januari 2007 gepubliceerde sectoronderzoek is een aantal concurrentiebeperkingen vastgesteld, zoals sterk geconcentreerde markten en grote verschillen in de afwikkelingsvergoedingen en handelarenvergoedingen .

De lopende mededingingsprocedure van de Commissie tegen MasterCard heeft betrekking op zowel credit- (MasterCard) als debetkaarten (Maestro) en is in het bijzonder gericht op de afwikkelingsvergoedingen die worden aangerekend telkens wanneer een consument in een winkel zijn MasterCard of Maestro-betaalkaart gebruikt. MasterCard heeft de aan hem gerichte mededeling van punten van bezwaar schriftelijk beantwoord en tevens zijn standpunten tijdens een hoorzitting gepresenteerd. Dit is geheel in overeenstemming met de van toepassing zijnde procedurele waarborgen om de rechten van verweer volledig te eerbiedigen.

De Commissie bevestigt dat er bilateraal contact is geweest met de Belgische regering over betaalkaarten.