Regulering promotiecampagnes rond kinderfeesten

• 2002-09-16

In zijn antwoord E-1857/02 meldt Commissaris Bolkestein dat zelfregulerende campagnes voor reclame rond kinderfeesten "op nationaal of lokaal niveau kunnen worden geregeld, uiteraard met inachtneming van de beginselen van het vrije verkeer die in het EG-Verdrag zijn verankerd".
Tegelijk meldt hij dat de Commissie zinnens is specifiek kwetsbare doelgroepen "zoals kinderen" te vrijwaren van "negatieve invloeden" van reclame.

1) Kan de Commissaris mij meedelen of het België is toegestaan in de grensgebieden handelaren uit aangrenzende lidstaten te verplichten zich aan dit zelfregulerend mechanisme te houden? Kunnen, met andere woorden, handelaren uit pakweg Nederland, Duitsland, Frankrijk of Luxemburg tijdens de vrijwillig opgelegde sperperiode wel vrijuit reclame maken in België voor goederen die zich specifiek richten op kinderen? Zo ja: ondervinden de Belgische handelaren dan geen oneerlijke concurrentie?

2) Is het, anderzijds, de Belgische minister van Economie toegestaan om Belgische handelaren die zich in België niet aan deze zelfopgelegde regels houden te beboeten, zoals gesuggereerd wordt in mededeling COM (2002) 289, blz. 11, punt 29/(2)?

3) Erkent de Commissie het nut van een algemene regulering met betrekking tot sperperiodes voor reclame voor kinderen voorafgaand aan traditionele kinderfeesten, van welke aard deze ook mogen zijn? Zal zij daarom alsnog beslissen een specifieke regeling - die verder gaat dan een vrijwillige gedragscode - uit te werken die niet alleen rekening houdt met het vrij verkeer van goederen en diensten, maar ook met de potentieel negatieve gevolgen van overdadige reclamecampagnes ten opzichte van kinderen?