Publieke consultatie SAFA-rapporten (Schriftelijke vraag E-1978/05)

• 2005-07-05

In de krant De Telegraaf van 12 mei 2005 verscheen een artikel over de controles van vliegtuigen. Uit het artikel blijkt dat "bij onverwachte controles vorig jaar twee keer zoveel gebreken aan vliegtuigen zijn ontdekt als in het jaar ervoor". De gegevens komen uit een rapport van de Safety Assessment of Foreign Aircraft (SAFA). De inspectiegegevens zijn, steeds volgens De Telegraaf, "alleen toegankelijk voor de luchtvaartautoriteiten".

Is de Commissie op de hoogte van deze gegevens en kan zij deze bevestigen?

Keurt de Commissie het goed dat deze gegevens alleen beschikbaar zijn voor de luchtvaartautoriteiten en niet ook voor bijvoorbeeld consumentenorganisaties, actiegroepen en politici?

- Zo ja, welke argumenten voert zij daarvoor aan en kan zij meer specifiek zeggen aan welke vorm van democratische controle deze gegevens in dat geval onderworpen zijn?

- Zo neen, welke stappen zal zij ondernemen opdat ook vertegenwoordigers van consumenten, actiegroepen en van het volk deze gegevens kunnen raadplegen?

***

ANTWOORD VAN COMMISSARIS BARROT (5 juli 2005)

De Commissie is op de hoogte van deze gegevens, die afkomstig zijn uit het openbare jaarverslag over het SAFA-programma.

Het aantal vaststellingen per inspectie is met 50% gestegen en ook het aantal inspecties is aanzienlijk toegenomen. De stijging van het aantal vaststellingen hoeft niet te betekenen dat het veiligheidsrisico is gestegen, maar is onder meer het gevolg van een kwalitatieve verbetering van het inspectieprogramma en in het bijzonder de concentratie van de inspecties op problematische maatschappijen, het groter aantal aspecten waarop wordt gecontroleerd en de verbetering van de kwaliteit van de inspecties door een betere vorming en grotere ervaring van de inspecteurs.

De gegevens betreffende de inspecties vallen onder een aantal vertrouwelijkheidsclausules, zoals de bepalingen van Richtlijn 2004/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 inzake de veiligheid van luchtvaartuigen uit derde landen die gebruik maken van luchthavens in de Gemeenschap. De vertrouwelijkheid is noodzakelijk omdat het gaat om ruwe gegevens die de voor de luchtvaartveiligheid bevoegde autoriteiten nodig hebben om preventieve maatregelen te kunnen nemen en een constructieve dialoog te voeren met de luchtvaartmaatschappijen zodat ook kleinere problemen kunnen worden aangepakt die, indien ze niet zouden worden opgelost, na verloop van tijd ernstiger kunnen worden.

Op grond van Richtlijn 2004/36/EG “publiceert de Commissie jaarlijks een voor het publiek en de belanghebbenden in de bedrijfstak toegankelijk verslag met geaggregeerde gegevens, dat een analyse van alle … ontvangen informatie bevat. Die analyse is eenvoudig en begrijpelijk en geeft aan of er sprake is van een verhoogd veiligheidsrisico voor passagiers”. De Commissie herinnert aan haar antwoorden op de schriftelijke vragen E-0472/05 en E-1520-05 van het geachte Parlementslid waarin zij verklaarde dat zij vanaf de inwerkingtreding van de verordening, op basis van de door de lidstaten overeenkomstig de richtlijn verstrekte informatie, een jaarverslag zal kunnen publiceren.

Het inspectieprogramma voor luchtvaartuigen houdt derhalve rekening met het delicate evenwicht tussen de noodzaak om de vertrouwelijkheid te waarborgen van een aantal gevoelige gegevens die men nodig heeft om preventief te kunnen optreden en de noodzakelijke transparantie om de burger te informeren over het veiligheidsniveau en de inspanningen die de bevoegde nationale instanties en de Commissie leveren om dat niveau te handhaven.