AA
Onafhankelijkheid van Commissarissen (Schriftelijke vragen E-0161/07 & P-1530/07)

Artikel 213, lid 2 van het Verdrag van Europese unie stelt dat de leden van de Commissie hun ambt volkomen onafhankelijk uitoefenen "in het algemene belang van de Gemeenschap. Bij de vervulling van hun taken vragen noch aanvaarden zij instructies van enige regering of enig ander lichaam. Zij onthouden zich van iedere handeling welke onverenigbaar is met het karakter van hun ambt. Iedere lidstaat verbindt zich, dit karakter te eerbiedigen en niet te trachten de leden van de Commissie te beïnvloeden bij de uitvoering van hun taak."

Op donderdag 11 januari 2007 werd ik in het bezit gesteld van de inhoud van een mail van de Belgische Permanente Vertegenwoordiging (PV) bij de EU gericht aan de Belgische federale en gewestelijke overheden met de volgende inhoud: “Het kabinet van Commissaris Michel deelde mij mee dat het College volgende week op niveau kabinetschefs zal beslissen over het Belgisch “Plan d´allocation national de quotas d´émission de gaz à effet de serre 2008-2012”. De Commissie-diensten stellen in hun evaluatie een paar wijzigingen voor, waarvan de belangrijkste is een reductie van de totale quota met 7 % (i.p.v. 63,32 mln. ton zou de Commissie 58,51 mln. ton voorstellen). Het kabinet Michel wenst te weten of wij daarmee kunnen leven, en indien dit niet het geval zou zijn, welke solide argumenten daartegen kunnen worden ingebracht om het College te overtuigen ervan af te zien. Ik zou u dankbaar zijn indien u mij zeer spoedig een reactie kon laten geworden.”

Mag ik van de Commissie vernemen:

1.Of zij op de hoogte is van deze correspondentie?

2. Zo neen, of ze bereid is zowel bij Commissaris Michel als bij de Belgische PV navraag te doen over de inhoud van deze correspondentie?

3. Of zij van oordeel is of de mail die door de Belgische PV aan de Belgische federale en gewestelijke autoriteiten werd bezorgd in strijd is met artikel 213, lid 2 van het Verdrag?

4. Welke maatregelen zij in voorkomend geval zal ondernemen om deze overtreding van het Verdragenrecht te bestraffen?

***

ANTWOORD VAN COMMISSIEVOORZITTER BARROSO (23 februari 2007)

De Commissie heeft de gewoonte geen commentaar te leveren op de interne correspondentie van de bestuurslichamen en regeringen van de lidstaten.

De Commissie heeft het door België bekendgemaakte plan geëvalueerd en haar besluit betreffende het nationale toewijzingsplan voor broeikasgasemissierechten op uitvoerige, objectieve en onpartijdige wijze genomen.

Het door het geachte Parlementslid genoemde lid van de Commissie heeft geen instructies gevraagd en is niet afgeweken van de regels in artikel 213, lid 2, van het Verdrag waarin wordt gesteld dat de leden van de Commissie hun ambt volkomen onafhankelijk uitoefenen, in het algemene belang van de Gemeenschap, en bij de vervulling van hun taken instructies van enige regering of enig ander lichaam vragen noch aanvaarden.

De Commissie is van mening dat de besluiten die zij volkomen onafhankelijk en in het algemeen belang vaststelt, met kennis van zaken en gebaseerd op alle beschikbare inlichtingen en beoordelingselementen genomen moeten worden.

***

Aanvullende vraag n.a.v. het antwoord op vraag E-0161/07 over de onafhankelijkheid van Commissarissen (Schriftelijke vraag P-1530/07)

Artikel 213, lid 2 van het Verdrag van Europese Unie stelt dat de leden van de Commissie hun ambt volkomen onafhankelijk moeten. Zo mogen zij bij de vervulling van hun taken geen instructies van enige regering of enig ander lichaam vragen noch aanvaarden. In mijn vraag E-0161/07 meldde ik u dat ik in het bezit ben van een email van de Belgische Permanente Vertegenwoordiging aan het Belgische autoriteiten waaruit letterlijk blijkt dat het kabinet Michel wenst te weten of België kan leven met de voorstellen van de Commissie m.b.t. de hoogte van maximaal toegestane uitstoot CO2 in het Belgische allocatieplan broeikasgassen. Het kabinet van Commissaris Michel wil ook "de argumenten kennen die daartegen worden ingebracht".

Het antwoord op mijn vraag E-0161/07 is laconiek en vertrekt vanuit de gedachte dat "de Commissie niet de gewoonte heeft commentaar te leven op de interne correspondentie van de bestuurslichamen en regeringen van de lidstaten". In de derde paragraaf wordt uitdrukkelijk gesteld dat Michel "geen instructies gevraagd heeft en niet is afgeweken van de regels omschreven in 213, lid 2 VEU".

De Commissie mag altijd proberen me met een kluitje in het riet te sturen. Ik moet evenwel vaststellen dat voorzitter Barroso hier volledig naast de feiten antwoordt. Dit is een principiële zaak en moet losgekoppeld van het concrete dossier inzake het vaststellen van het uitstootniveau broeikasgassen in het allocatieplan. Of, zoals vermeld in paragraaf 2 van het antwoord op E-0161/07, de Commissie hier ja dan neen een besluit heeft genomen op "uitvoerige, objectieve en onpartijdige wijze", doet niks af aan de principiële vraag of een Commissaris via zijn PV om argumenten mag vragen voor de behandeling van een bepaald dossier.

1. Als de Commissie weigert interne correspondentie van de bestuurslichamen en de regeringen van de lidstaten in te kijken en te becommentariëren, hoe kan ze dan beoordelen of bepaalde briefwisseling al dan niet in strijd is met VEU 213,2?

2. Durft de Commissie te herhalen dat de inhoud van de mail in mijn bezit geen overtreding is van VEU 213,2? Zo ja, hoe kan zij dat staven?

3. Mag een kabinet van een Europees Commissaris ja dan neen via bemiddeling van de PV de regeringen van zijn/haar lidstaat vragen welke "solide argumenten" ingebracht kunnen worden om het College te overtuigen af te zien van een bepaald besluit ten aanzien van zijn/haar lidstaat?

ANTWOORD VAN COMMISSIEVOORZITTER BARROSO (30 april 2007)

1. De Commissie dankt het geachte Parlementslid voor zijn nieuwe vraag waardoor zij in de gelegenheid wordt gesteld haar antwoord op zijn eerdere schriftelijke vraag E-0161/07 nader toe te lichten.

De Commissie heeft kennis genomen van het bestaan van een interne emailcorrespondentie tussen de Permanente Vertegenwoordiging van België en de Belgische autoriteiten, eerst via de pers en daarna meer gedetailleerd door de vraag van het geachte Parlementslid.

De Commissie acht het niet noodzakelijk de inhoud van deze interne correspondentie na te gaan die kennelijk grotendeels door het geachte Parlementslid is weergegeven. De Commissie heeft immers geen reden om de informatie die het geachte Parlementslid verstrekt, in twijfel te trekken.

2. Het geachte Parlementlid oppert dat het verzoek om informatie in de emailcorrespondentie in strijd zou zijn met artikel 213, lid 2, van het EG-Verdrag, waarin is bepaald dat de leden van de Commissie hun ambt volkomen onafhankelijk uitoefenen in het algemeen belang van de Gemeenschap en dat zij bij de vervulling van hun taken van enige regering of enig ander lichaam instructies vragen noch aanvaarden.

Met de verplichting tot onafhankelijkheid wordt beoogd te verzekeren dat het algemeen belang primeert en elk belangenconflict wordt vermeden. Het college van commissarissen en elke individuele commissaris moeten immers in de eerste plaats het algemeen belang nastreven en verdedigen en geen instructies vragen of aanvaarden.

Bijgevolg vragen de commissarissen niet om instructies. Zij stellen collegiaal en volledig onafhankelijk hun standpunt vast in de vervulling van hun taken, overeenkomstig het Verdrag en in het algemene Europese belang. De Commissie kan het geachte Parlementslid zonder enige twijfel verzekeren dat bij het vaststellen van het nationale allocatieplan voor het uitstootniveau van broeikasgassen waarnaar het verwijst, enerzijds deze fundamentele beginselen volledig werden gerespecteerd, en anderzijds genoemd plan ook door commissaris Michel onvoorwaardelijk werd goedgekeurd.

3. Gezien de initiatiefrol die krachtens de verdragen de Commissie toekomt, is het echter verenigbaar met het algemeen belang dat haar leden of hun kabinetten in verband met mogelijke reacties op haar initiatieven van andere instellingen of hun leden informatie ontvangen of daarom verzoeken. Deze contacten geschieden met name, maar niet uitsluitend, volgens politieke, taalkundige en nationale affiniteiten. Deze contacten zijn des te meer noodzakelijk indien het een uitermate technisch voorstel betreft en/of het een voorstel voor een besluit betreft dat in een of meerdere lidstaten voor ernstige problemen van enigerlei aard zou kunnen zorgen. Met de uitwisseling van informatie wordt niet vooruitgelopen op het standpunt van de commissaris, noch op het toekomstige besluit van het college; een dergelijke uitwisseling is integendeel verrijkend. Deze uitwisselingen van informatie mogen niet als verzoeken om instructies worden beschouwd. Het verzamelen van standpunten met het oog op een zo volledig mogelijk dossier ten behoeve van de standpuntbepaling van de Commissie, die in volledige onafhankelijkheid en in het algemeen belang geschiedt, is niet in strijd met het Verdrag.

Hetzelfde geldt voor de contacten die de leden van het college of hun kabinetten onderhouden met andere betrokken partijen, zoals leden van het parlement, niet-gouvernementele organisaties, bedrijven, journalisten, burgers en andere maatschappelijke actoren.

GroenDe enige partij die sociaal én milieuvriendelijk is.

www.groen.be

De Groenen/EVAGroenen en Europese Vrije Alliantie in het Europees Parlement.

www.greens-efa.eu

Samen ijveren voor een beter Europa en klimaat?