Kwaliteitsnormen fietssloten en fietshelmen (Schriftelijke vraag E-2567/06)

• 2006-07-26

1. In haar antwoord op vraag E-0296/05 geeft de Commissie aan dat het Technisch comité 333 „fietsen” van de Europese Commissie voor Normalisatie (...) bezig is met de ontwikkeling van een norm die betrekking zal hebben op de prestatievereisten (...) van fietssloten.

Kan de Commissie meedelen hoever dit onderzoek inmiddels is gevorderd en wat de (voorlopige) resultaten ervan zijn?

2. In antwoord op vraag P-3078/03(1) antwoordt de Commissie dat zij „veel belang stelt in onderzoek waaruit blijkt dat een productnorm niet geheel voldoet en dat de Europese burgers gezondheids- en veiligheidsrisico's lopen”. Onderzoek van de „Onderzoeksgroep Afdeling experimentele neurochirurgie en neuroanatomie” van de Katholieke Universiteit Leuven (onder verantwoordelijkheid van de heer Jan Goffin) wees midden 2003 uit dat er significante veiligheidsverbeteringen mogelijk zijn met betrekking tot de productie van fietshelmen. Het onderzoek loopt overigens nog steeds.

Heeft de Commissie inmiddels contact opgenomen met de Leuvense onderzoekers of zal zij dit doen? Zo nee, waarom niet?

Kan zij middelen uittrekken voor de financiering van dit project dat veel (dodelijke) slachtoffers onder de fietsers kan voorkomen?

Welke waren de resultaten van de vergadering van de instanties voor markttoezicht van de lidstaten en de bespreking met de CEN, waarover beide sprake in het antwoord op vraag P-3078/03?

***

ANTWOORD VAN COMMISSARIS VERHEUGEN (25 juli 2006)

Het technisch comité van de Europese Commissie voor normalisatie werkt aan een norm voor fietssloten. Het heeft een ontwerp-norm (prEN 15496 – Fietsen – Eisen en beproevingsmethoden voor fietssloten) opgesteld, waarover nu een openbare raadpleging wordt gehouden. Naar verwachting zal de norm in het najaar van 2007 zijn voltooid en worden gepubliceerd.

Wat de veiligheid van fietshelmen betreft, wijst de Commissie het geachte Parlementslid erop dat de studie van de Katholieke Universiteit Leuven aan het betrokken technisch comité van de Europese Commissie voor normalisatie is voorgelegd, zodat het de desbetreffende geharmoniseerde Europese normen voor fietshelmen eraan kon toetsen. Het comité heeft aangegeven dat het op de hoogte was van de problemen die in het onderzoeksdocument aan bod komen en dat daar rekening mee was gehouden.

Deze studie is ook onder de aandacht gebracht van de relevante organen die krachtens Richtlijn 89/686/EEG betreffende persoonlijke beschermingsmiddelen zijn opgericht, met name de werkgroep waarin alle belangrijke belanghebbenden zitting hebben, en de werkgroep administratieve samenwerking, die bestaat uit de markttoezichtsinstanties van de lidstaten. Het thema fietshelmen werd uitvoerig besproken.

Na deze besprekingen zijn de desbetreffende normen voor fietshelmen (EN 1078:1997/A1:2005) aangescherpt. De nieuwe normen bieden een betere bescherming en werden bekendgemaakt in het Publicatieblad van 19 april 2006 (2006/C 91/03).

Aangezien noch het technisch comité noch de bovengenoemde instanties om aanvullende informatie hebben verzocht, heeft de Commissie geen contact opgenomen met de onderzoekers uit Leuven.

Wat de mogelijke financiering betreft, is in het voorstel van de Commissie voor het specifiek programma „Samenwerking” tot uitvoering van het zevende kaderprogramma (2007-13) van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, onder de thematische prioriteit „Vervoer” onder meer voorzien in de „Ontwikkeling van technologieën en intelligente systemen voor de bescherming van kwetsbare personen zoals chauffeurs, berijders, passagiers, bemanning en voetgangers.” Afhankelijk van de werkprogramma's die de Commissie op grond van het specifiek programma zal vaststellen, kunnen eventueel voorstellen voor onderzoek naar fietshelmen worden ingediend.