Evaluatie Erasmus Mundus (Schriftelijke vraag E-1320/05)

• 2005-05-30

De Commissie evalueert het eerste jaar van Erasmus Mundus als een succes (IP/05/04). Vooral de bijkomende fondsen voor Aziaten worden als een positieve evolutie aangehaald.

In welke mate is de verhoogde aandacht voor Aziatische studenten in overeenstemming met de belofte om rekening te houden met het fenomeen van brain drain?

Acht de Commissie het met het oog op de "brain circulation" niet raadzamer om meer studenten een minder hoge beurs te geven?

Overweegt de Commissie in het andere geval om alleen studenten uit ontwikkelingslanden toe te laten? Zo neen, waarom niet?



Overweegt de Commissie om ook beurzen voor Europese studenten te voorzien voor Erasmus Mundus-opleidingen?

***

ANTWOORD VAN COMMISSARIS FIGEL

De Commissie is van mening dat het risico dat het Erasmus Mundus-programma aanleiding geeft tot een brain drain uit derde landen zeer klein is. De toename van de internationale mobiliteit brengt echter een nieuw verschijnsel aan het licht, namelijk “brain spread”, dat op lange termijn een groter effect op de internationale betrekkingen kan hebben.

De beurzen voor de studenten zijn zodanig berekend dat zij concurrerend zijn met die welke door soortgelijke programma’s wereldwijd worden aangeboden– zoals het Fulbright-programma van de Verenigde Staten – om ervoor te zorgen dat studenten van topkwaliteit het aantrekkelijk vinden om in Europa te studeren en aan masteropleidingen van Erasmus Mundus deel te nemen.

Uitmuntendheid is het overkoepelende beginsel van het Erasmus Mundus-programma. Studenten uit alle landen van de wereld komen (zonder uitzonderingen of prioriteiten) in aanmerking voor Erasmus Mundus-beurzen, mits zij de selectieorganen hun hoge kwaliteit kunnen aantonen.

Europese studenten kunnen Erasmus-beurzen krijgen voor het volgen van een masteropleiding van Erasmus Mundus.