Evaluatie Belgische dioxinecrisis (1)

• 2000-03-22

De Belgische dioxinecrisis heeft andermaal de kwetsbaarheid van de voedselketen en de controle aangetoond. Een evaluatie, zoals gemaakt door de zogenaamde dioxinecommissie van de Kamer van Volksvertegenwoordigers, kan bijdragen tot het wegwerken van knelpunten. Zowel de Europese Unie als de 15 EU-lidstaten hebben daarbij een belangrijke rol te vervullen.

De parlementsleden wijzen erop dat "de Europese richtlijn met betrekking tot de ongewenste stoffen in veevoeders geen melding maakt van pcb's en dioxines". Een positieve lijst van voor diervoeders toegelaten grondstoffen zoals die bestond vóór richtlijn 96/25/EG(1) van 29 april 1996 zou volgens hen opnieuw moeten worden ingevoerd.

1. Zal de Commissie de Europese richtlijn met betrekking tot de ongewenste stoffen in veevoeders aanpassen door er pcb's en dioxines aan toe te voegen als ongewenste stoffen?

a) Zo ja, welke termijn hanteert de Commissie om deze wijziging voor te leggen aan het Europees Parlement?

b) Zo neen, waarom acht de Commissie een toevoeging van pcb's en dioxines aan de richtlijn met betrekking tot ongewenste stoffen niet nodig, gezien haar standpunt in de Belgische dioxinecrisis?

2. Is de Commissie van oordeel dat een positieve lijst van voor diervoeders toegelaten grondstoffen zoals die bestond vóór richtlijn 96/25/EG van 29 april 1996 opnieuw moet worden ingevoerd, zoals gesteld door de dioxinecommissie?

a) Zo neen, waarom ziet de Commissie - in weerwil van de lessen die werden getrokken uit de Belgische dioxinecrisis - af van de invoering van een positieve lijst?

b) Zo ja, op welke termijn zal de positieve lijst tot stand komen?