Europees standpunt mbt ontwikkeling van anti-rakettenschild door Verenigde Staten

• 2001-10-23

De vijftien EU-lidstaten hebben nog steeds geen gezamenlijk standpunt over het Amerikaanse voorstel om een anti-rakettenschild (National Missile Defense) te bouwen. Dat blijkt uit het antwoord op vragen E-0049/1 en E-1739/01.

Nochtans is het anti-rakettenschild verscheidene malen aan de orde geweest tijdens besprekingen tussen Javier Solana, de hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, en zijn VS-tegenhangers. Solana heeft daarbij de standpunten weergegeven van een aantal lidstaten betreffende het belang van mondiale stabiliteit middels een overeengekomen veiligheidskader.

Op de vorig jaar in New York gehouden Conferentie tot herziening van het non-proliferatieverdrag heeft de Europese Unie wel het belang van het door de VS en de Sovjetunie in 1972 ondertekende ABM-verdrag bevestigd als één van de pijlers van de strategische stabiliteit.


Zal de Commissie conform artikel 22 VEU "bij de Raad voorstellen indienen" om te komen tot een gemeenschappelijk Europees standpunt over de bouw van een anti-rakettenschild (National Missile Defense) door de Verenigde Staten? Zo neen, waarom weigert de Commissie een voorstel in te dienen bij de Raad om te komen tot een gemeenschappelijk Europees standpunt over de bouw van een anti-rakettenschild (National Missile Defense) door de Verenigde Staten, gezien a) de mogelijke strijdigheid van het anti-rakettenschild met in 1972 ondertekende ABM-verdrag en b) het belang van deze kwestie voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid?