Consumentenveiligheid bij gebruik hogere concentraties waterstofperoxide in tandbleekmiddelen (Schriftelijke vraag E-4208/06)

• 2006-11-13

In haar antwoord op vraag E-2464/06 zegt de Commissie dat een concentratie tot 6% waterstofperoxide in tandbleekmiddelen onder bepaalde omstandigheden veilig is. Ze is momenteel in overleg met de lidstaten en de belanghebbenden om een standpunt te bepalen over het rapport van het Wetenschappelijk Comité voor consumentenproducten (WCC) van 15 maart 2005 en overweegt zelfs een tijdelijke toelating te verlenen in het kader van richtlijn 76/768/EEG. Ze overweegt daarnaast om de richtlijn te wijzigen met volledige inachtneming van het advies van het WCC.

In zijn conclusies over het gebruik van waterstofperoxide in een concentratie tussen de 0,1% en 6% laat het WCC ruwweg het volgende optekenen:

a) de consument moet eerst een tandarts raadplegen en die moet zijn goedkeuring geven;

b) personen met bepaalde aandoeningen wordt afgeraden dit product te gebruiken;

c) roken of alcoholgebruik kunnen de giftige effecten van waterstofperoxide verhogen;

d) er zijn geen goede klinische data en epidemiologische langetermijnstudies over de negatieve effecten van het gebruik van deze concentraties binnen de mondholte;

e) de gegevens waarover het WCC beschikt bieden in termen van risicobeoordeling onvoldoende zekerheid dat het gebruik van producten met waterstofperoxide tot een concentratie van 6%, die vrij voor de consument beschikbaar zijn, veilig is;

f) het WCC is niet in staat het risico te bepalen van ernstige bijwerkingen m.b.t. het gebruik van tandenbleekproducten.

Erkent de Commissie bijgevolg dat deze besluiten van het WCC het raadzaam maken dat het gebruik van tandbleekproducten met een concentratie waterstofperoxide van 0,1% tot 6% uitsluitend wordt toegelaten onder de deskundige goedkeuring en begeleiding van een tandarts, dat zij bijgevolg niet vrij op de markt beschikbaar moeten worden gemaakt voor de consument en dat een tijdelijke toelating in het kader van richtlijn 76/768/EEG uitgesloten is? Indien neen: wat zijn har tegenargumenten?

***

ANTWOORD VAN COMMISSARIS VERHEUGEN (10 november 2006)

Zoals de Commissie in haar antwoord op schriftelijke vraag E-1566/06 van de heer Dimitrakopoulos reeds vermeldt, is ook zij van oordeel dat voor het gebruik van waterstofperoxide in tandbleekmiddelen voorwaarden moeten gelden die een hoog niveau van consumentenbescherming garanderen.

Zoals het geachte Parlementslid in zijn vraag vermeldt, heeft de Commissie met de lidstaten en de belanghebbenden overlegd hoe dit in het kader van Richtlijn 76/768/EEG van de Raad inzake cosmetische producten moet worden aangepakt en of de Commissie deze richtlijn aan het advies van het Wetenschappelijk Comité voor consumentenproducten van maart 2005 moet aanpassen.

De Commissie werd onlangs op het bestaan van nieuwe gegevens gewezen, met name door een geacht Parlementslid dat de aandacht vestigde op een nieuwe studie over dit onderwerp die het wetenschappelijk comité nog niet had geëvalueerd. Daarom heeft de Commissie besloten de goedkeuring van de ontwerprichtlijn waarover met de lidstaten was overlegd, uit te stellen.

Om ervoor te zorgen dat alle nodige garanties inzake gezondheidsbescherming worden geboden, zal de Commissie het wetenschappelijk comité verzoeken deze nieuwe gegevens te evalueren. Indien de Commissie, rekening houdend met deze nieuwe evaluatie, oordeelt dat het voorstel tot wijziging van de cosmeticarichtlijn moet worden aangepast, zal zij een nieuw voorstel uitwerken en aan de lidstaten voorleggen. Het Europees Parlement zal in het kader van zijn recht van controle worden geïnformeerd.