AA
Bijvangst van bruinvissen door toedoen van warrelnetten in recreatieve visserij (Schriftelijke Vraag E-5890/07)

Volgens mijn informatie ontving de Europese Commissie dit najaar een brief van de Vlaamse regering waarin deze een aantal maatregelen opsomt die sinds eind 2006 zijn genomen om de bijvangst van bruinvissen in warrelnetten door recreatieve vissers te voorkomen. Bruinvissen zijn beschermde diersoorten, opgenomen in Bijlage II van de Habitatrichtlijn 92/43/EEG[1].


Niettegenstaande deze genomen maatregelen zijn in de eerste helft van 2007 opnieuw minstens twee dieren omgekomen door toedoen van de recreatieve visserij met warrelnetten. Er zijn ernstige aanwijzingen dat het in werkelijkheid gaat om meer dieren.


Uit het feit dat er in die periode officieel weinig bruinvissen aan de Vlaamse kust de dood vonden door recreatief vissen, mag niet zonder meer worden afgeleid dat het probleem nu van de baan is met de maatregelen die Vlaanderen heeft genomen. Bruinvissen hebben niet de vaste gewoonte jaarlijks de Vlaamse kust aan te doen, hun aantallen schommelen bovendien van jaar tot jaar.


De genomen maatregelen volstaan dus blijkbaar niet om de bijvangst van bruinvissen door de recreatieve visserij volledig teniet te doen.


Is de Commissie het met mij eens dat het vissen puur voor het plezier in geen geval mag leiden tot de dood van beschermde zeezoogdieren en is zij in dat geval bereid om de recreatieve visserij met warrelnetten te verbieden totdat er een systeem ontworpen is dat absolute waarborgen biedt voor het welzijn van de bruinvissen?


Welke maatregelen zal zij nemen ten aanzien van de Vlaamse overheid?

Indien de Commissie géén verbod op warrelnetten wil overwegen, welke argumenten draagt zij dan aan om de individuele hobby van enkelingen te verantwoorden boven de bescherming van de biodiversiteit in het algemeen?




[1] PB L 206 van 22.7.1992, blz. 7.

***

ANTWOORD VAN COMMISSARIS DIMAS (11 februari 2008)

Uit hoofde van Richtlijn 92/43/EEG[1]van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna moeten bruinvissen (phocoena phocoena) worden beschermd als mariene soorten van communautair belang die strikt moeten worden beschermd. De Commissiehecht zeker niet meer belang aan de individuele hobby van enkelingen dan aan de bescherming van de biodiversiteit. De legaliteit van het gebruik van warrelnetten door recreatieve vissers aan de Belgische kust moet worden onderzocht in het licht van de relevante bepalingen van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad.


De Commissie herinnert eraan dat de op grond van artikel 12van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad te nemen maatregelen moeten voldoen aan de doelstelling van artikel 2 van die richtlijn, namelijk de natuurlijke habitats en de wilde dier- en plantensoorten van communautair belang in een gunstige staat van instandhouding te behouden of te herstellen en daarbij rekening te houden met de vereisten op economisch, maatschappelijk en cultureel gebied en met de regionale en lokale bijzonderheden.Een gunstige staat van instandhouding van een soort, in de zin van artikel 1, onder i), van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad, wordt onder meer bereikt wanneer uit populatiedynamische gegevens blijkt dat de betrokken soort nog steeds een levensvatbare component is van de natuurlijke habitat waarin hij voorkomt, en dat vermoedelijk op lange termijn zal blijven.


De dood van enkele exemplaren van een beschermde soort ten gevolge van het gebruik van warrelnetten hoeft niet noodzakelijkerwijs een inbreuk op Richtlijn 92/43/EEG van de Raad te zijn indien de dieren niet opzettelijk gedood zijn en indien, in het geval van accidenteel doden, een monitoringsysteem is ingesteld en instandhoudingsmaatregelen zijn getroffen om te verzekeren dat het accidentele doden geen significante negatieve weerslag heeft op de betrokken soort en de staat van instandhouding dus gunstig blijft.


De Commissie heeft in december 2005 een inbreukprocedure tegen België ingeleid krachtens artikel 226 van het EG—Verdrag op grond van het feit dat de bijvangst van bruinvis bij recreatieve visserij een inbreuk kan vormen op artikel 12, lid 1 of lid 4, van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad. Binnen dit kader is de brief die de Commissie op 21 september 2007 van België heeft ontvangen, het antwoord van de Belgische autoriteiten op de aanvullende aanmaningsbrief van de Commissie van 29 juni 2007.


Het Belgische antwoord bevat een lijst van wet- en regelgevende maatregelen die op zowel federaal als regionaal niveau zijn genomen om de strikte bescherming van bruinvis langs de Belgische kust te verzekeren, onder meer het verbod op het gebruik van bepaalde soorten warrelnetten en andere soorten netten (zoals drijfnetten) door recreatieve vissers. De brief verwijst ook naar het monitoring- en rapportagesysteem dat is ingesteld en waarmee de Belgische autoriteiten en wetenschappers precies te weten zouden moeten komen hoeveel bruinvissen accidenteel in netten worden gevangen en of de geïmplementeerde maatregelen doeltreffend zijn.


De Commissie is nu bezig met de analyse van het Belgische antwoord en zal beoordelen of er inderdaad een strikt beschermingssysteem is ingesteld. Bij deze beoordeling wordt rekening gehouden met de grote populatie bruinvissen in de Noordzee (250 000 stuks), de grote mobiliteit van deze vissen, de eisen van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad en de desbetreffende jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie. Op basis van deze beoordeling zal de Commissie dan beslissen of België een met redenen omkleed advies moet worden gestuurd of dat de inbreukprocedure kan worden gesloten.






[1] Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna, PB L 206 van 22.7.1992.

GroenDe enige partij die sociaal én milieuvriendelijk is.

www.groen.be

De Groenen/EVAGroenen en Europese Vrije Alliantie in het Europees Parlement.

www.greens-efa.eu

Samen ijveren voor een beter Europa en klimaat?