Eind
van deze maand komt de Europese Commissie met haar voorstellen voor de financiële perspectieven voor de komende
jaren. Enige weken geleden stuurden de regeringsleiders van de 5 netto betalers Nederland, Oostenrijk,
Duitsland, Zweden en Frankrijk een brief. Daarin stelden zij voor de begroting van de Europese Unie te beperken
tot 1 % van het BNI. De Groene Fractie verwerpt dit voorstel en noemt het onmogelijk de ambitieuze
doelstellingen van de regeringsleiders te verwerkelijken als zij deze restricties opleggen aan de
uitgaven.
---
De brief die volgt werd verstuurd naar
Balkenende. Soortgelijke brieven gingen naar zijn Europese collega's.
---
De Minister-President
Prof. Mr. Dr. J.P. Balkenende
Binnenhof 20
Postbus 20001
2500 EA Den Haag
fax: 0031703564683
Straatsburg, 13 januari 2004
Excellentie,
Met grote
bezorgdheid hebben wij kennis genomen van uw brief aan de Voorzitter van de Europese Commissie, de heer Prodi,
waarin u pleit voor een toekomstig financieel kader van minder dan 1% van het BNI.
Uw
brief komt op een ongelukkig moment, nu de IGC geen overeenstemming heeft kunnen bereiken over een Europese
grondwet en nationale belangen de voorrang lijken te hebben op de gemeenschappelijke doelstellingen van een
herenigd Europa dat de meest concurrerende en innoverende regio ter wereld wenst te zijn en een belangrijke
speler op het internationale toneel voor wat betreft het buitenlandse en veiligheidsbeleid, en dat een zone van
vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid wil creëren.
In uw brief herbevestigt u deze
doelstellingen en verklaart u toegewijd te zijn aan het beginsel van Europese solidariteit en het cohesiebeleid
van de Unie te willen voortzetten. Tevens zegt u zich gebonden te voelen aan de besluiten van de Europese Raad
met betrekking tot de plafonds voor landbouwuitgaven tot 2013.
Het mag duidelijk zijn
dat het volslagen onmogelijk is om deze ambitieuze doelstellingen voor een vergrote Unie met 25 tot 27 lidstaten
te verenigen met een begroting beneden de 1% van het BNI.
Wij vrezen dat hiermee een
verkeerd signaal wordt afgegeven aan de Europese bevolking, in het bijzonder van de nieuwe lidstaten. U creëert
een beeld van een Europese Unie die slechts kosten met zich meebrengt, terwijl in werkelijkheid alle lidstaten
enorm hebben geprofiteerd van de Europese Unie, zowel op politiek als op economisch gebied. De nadruk op
begrotingssaldi doet geen recht aan de waarde van de Europese Unie voor de lidstaten.
We begrijpen dat in tijden van economische neergang, met onder druk staande nationale begrotingen, u alle
mogelijke manieren van besparing moet bekijken, zowel op nationaal als op Europees niveau, maar wij zijn van
mening dat uw benadering van het vaststellen van een dergelijk laag uitgavenplafond voor de middellange termijn
verkeerd is. In plaats van te wachten op het terugvloeien van geld naar de lidstaten zouden we liever zien dat u
investeert in de doelstellingen die u in Lissabon bent overeengekomen. Investeringen in kennis ten behoeve van
toekomstige generaties kunnen gemakkelijk worden verdubbeld en zouden onmiddellijk resultaat opleveren voor de
doelstellingen van Lissabon.
Met betrekking tot de hervorming van het
gemeenschappelijk landbouwbeleid moet het beleid van marktuitgaven worden verlaten en moet een radicaal andere
koers worden gevolgd, en moet tevens meer worden geïnvesteerd in een geïntegreerd beleid voor
plattelandsontwikkeling. Wij zijn van mening dat de structuurfondsen meer gericht moeten zijn op de armste
regio's. We staan achter een duurzame ontwikkeling zoals geformuleerd in Gotenburg en Kyoto en zijn van mening
dat het vervuiler-betaalt-beginsel sterker moet worden doorgevoerd. We willen u op het hart drukken niet terug
te krabbelen van toezeggingen om de armoede in de wereld te verminderen, ook omdat dit een investering in
conflictpreventie is. De betrekkingen met de nieuwe buurlanden van een uitgebreide Unie moeten worden versterkt
en de eerbiediging van de mensenrechten moet verder worden gestimuleerd.
Er moet een
waarlijk Europees beleid worden ontwikkeld op het gebied van immigratie en justitiële en politiële samenwerking,
met volledige inachtneming van de internationale verdragen op het gebied van de bescherming van vluchtelingen,
mensenrechten en de burgerrechten van ieder mens. Binnen de EU moeten meer inspanningen worden verricht om de
zorg voor hulpbehoevende vluchtelingen te spreiden, in plaats van te proberen ons van deze zogenaamde last te
ontdoen.
Het toekomstig financieel kader moet een voldoende marge overlaten voor
nieuwe initiatieven waarvan de ontwikkeling tijd kost en moet voldoende flexibel zijn om eventuele toekomstige
internationale crises het hoofd te kunnen bieden.
Met het oog op al deze uitdagingen
zien wij de mededeling van de Commissie over het financieel kader voor de periode na 2006 met grote
belangstelling tegemoet. We hopen dat de mededeling een solide grondslag zal leveren voor besprekingen tussen de
twee takken van de begrotingsautoriteit, de Raad en het Parlement, zodat ze in een vroeg stadium overeenstemming
kunnen bereiken over de nieuwe financiële vooruitzichten en eventuele wijzigingen in het stelsel van eigen
middelen.
We hechten zeer aan de begrotingsbevoegdheden van het Parlement als
omschreven in de ontwerp Grondwet. Het Europees Parlement heeft bewezen een betrouwbare en constructieve partner
te zijn bij de besluitvorming. We zullen met plezier de dialoog met de Raad over het nieuwe financiële kader met
plezier aangaan en hopen dat dit gevoel wederzijds is.
Hoogachtend,
Monica FRASSONI & Daniel COHN-BENDIT
Medevoorzitters fractie Europese
Groenen