(02/06/03) In Nederland zijn de bestaande
bestrijdingsmaatregelen tot 17 juni verlengd. In België zullen de nog geldende maatregelen in de provincies
Antwerpen en Limburg aflopen op 11 juni. In Duitsland zullen de maatregelen vanaf 3 juni worden beperkt tot het
deel van Noordrijn-Westfalen ten westen van de Rijn en zullen ze aflopen op 24 juni. Het Comité keurde tevens
een reeks aanvullende maatregelen goed die in de toezichtsgebieden moeten worden genomen.
Nederland
Sinds eind april zijn in Nederland geen nieuwe besmettingen vastgesteld. Het
Comité keurde vandaag een voorstel van de Commissie goed om de bestaande bestrijdingsmaatregelen te verlengen
tot 17 juni. Levend pluimvee, broedeieren en verse, onbewerkte mest en strooisel mogen niet naar andere
lidstaten of derde landen worden uitgevoerd en op een paar uitzonderingen na mogen binnen Nederland geen levend
pluimvee en broedeieren worden vervoerd. De uitzonderingen gelden voor broedeieren, eendagskuikens, legrijpe
hennen en pluimvee voor onmiddellijke slachting.
België
Sinds gisteren is
de uitvoer van levend pluimvee en broedeieren vanuit het hele land opnieuw toegelaten, met uitzondering van de
provincies Antwerpen en Limburg. De nog geldende maatregelen in die provincies lopen af op 11 juni. Vanaf 12
juni gelden er alleen beperkingen in de toezichtsgebieden (10 km-zones rond de besmettingshaarden).
Duitsland
Na de enige uitbraak van vogelpest in de deelstaat
Noordrijn-Westfalen op 9 mei, zijn in Duitsland geen nieuwe gevallen meer vastgesteld. Het Comité stemde er dan
ook mee in om de bestaande maatregelen vanaf 3 juni te beperken tot het deel van Noordrijn-Westfalen ten westen
van de Rijn, op voorwaarde dat intussen geen nieuwe besmettingen worden vastgesteld. Bijgevolg mag de uitvoer
van levend pluimvee en broedeieren vanuit de rest van de deelstaat vanaf die datum worden hervat. De overige
beperkingen lopen af op 24 juni. Die beperkingen zijn de volgende: levend pluimvee, broedeieren en verse,
onbewerkte mest en strooisel mogen niet naar andere lidstaten of derde landen worden uitgevoerd en op een paar
uitzonderingen na mogen binnen dit gebied geen levend pluimvee en broedeieren worden vervoerd.
De uitzonderingen gelden voor broedeieren, eendagskuikens, legrijpe hennen en pluimvee voor onmiddellijke
slachting. Vanaf 25 juni gelden de beperkingen alleen in het toezichtsgebied (10 km-zone rond de enige
besmettingshaard).
Beperkingen in de toezichtsgebieden
Het Comité keurde
een reeks maatregelen goed die moeten worden uitgevoerd voordat de beperkingen in de toezichtsgebieden (minstens
10 km rond de vastgestelde besmettingshaarden) kunnen worden opgeheven. Diervoeder, strooisel en mest uit de
besmette bedrijven moeten worden verwijderd en vernietigd. Die bedrijven mogen pas worden herbevolkt nadat er
verklikkerdieren zijn ondergebracht en uit het onderzoek daarvan blijkt dat er geen vogelpestvirus meer aanwezig
is.
De situatie en de maatregelen ten aanzien van de vogelpest zullen opnieuw worden bekeken tijdens de
volgende vergadering van het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid die op 13 juni is
gepland.