BTW -
Inbreukprocedures ten aanzien van België, Frankrijk en Spanje
De Europese Commissie heeft
besloten Frankrijk en Spanje voor het Hof van Justitie te vervolgen omdat deze landen een afwijkende regeling
toepassen voor de aftrek van belasting over de toegevoegde waarde (BTW) bij de ontvangst van subsidies, en
België voor het heffen van BTW over het volgrecht. Bovendien heeft de Commissie Spanje formeel verzocht zijn
wetgeving te wijzigen, met name wat de regeling betreft die dit land toepast op goederen die een
belastingentrepot verlaten. Het formele verzoek is gedaan in de vorm van een met redenen omkleed advies. Dit is
de tweede fase in de inbreukprocedure waarin artikel 226 van het EG-Verdrag voorziet. Bij uitblijven van een
bevredigende reactie op het met redenen omkleed advies binnen twee maanden kan de Commissie de zaak bij het Hof
van Justitie aanhangig maken. De Commissie is van oordeel dat de handelwijze van de drie genoemde lidstaten
onverenigbaar is met het gemeenschappelijke btw-stelsel dat bij de Zesde Richtlijn van de Raad van 17 mei 1977
is ingesteld.
België - BTW op het volgrecht
Het
volgrecht geeft de kunstenaar of, na zijn dood, zijn erfgenamen een aandeel in de winst bij elke doorverkoop van
zijn kunstwerken. Er is evenwel geen enkele rechtsverhouding tussen de koper van het kunstwerk en de kunstenaar
en, dientengevolge, geen belastbare handeling in de zin van de zesde BTW-Richtlijn (artikel 2). Niettemin heft
België bij de openbare verkoping van kunstwerken BTW over het volgrecht.
Spanje - subsidies
De Zesde BTW-Richtlijn geeft de lidstaten de mogelijkheid subsidies
te verrekenen in het prorata dat van toepassing is op BTW-plichtigen die zowel handelingen verrichten waarvoor
recht op aftrek bestaat als handelingen waarvoor geen recht op aftrek bestaat. Spanje heeft van deze
mogelijkheid gebruik gemaakt. Dit land past op BTW-plichtigen die uitsluitend belastbare handelingen verrichten
evenwel een prorata toe op grond van het enkele feit dat zij subsidies ontvangen. Bovendien voorziet de Spaanse
wetgeving in een beperking van het recht op aftrek wanneer goederen door middel van een kapitaalsubsidie worden
verworven. Deze regels maken inbreuk op een fundamenteel recht op het gebied van de BTW, met name het recht op
aftrek zoals dat in de Zesde BTW-Richtlijn is neergelegd (artikel 17).
Frankrijk - subsidies
Frankrijk heeft gebruik gemaakt van de door de Zesde
BTW-Richtlijn aan de lidstaten geboden mogelijkheid subsidies te verrekenen in het prorata dat van toepassing is
op BTW-plichtigen die zowel handelingen verrichten waarvoor recht op aftrek bestaat als handelingen waarvoor dit
recht niet bestaat. Na de toezending van de aanmaningsbrief heeft Frankrijk de Commissie medegedeeld dat het
voor BTW-plichtigen die belastbare handelingen verrichten geen prorata meer zal toepassen op grond van het
enkele feit dat zij subsidies ontvangen. Frankrijk handhaaft evenwel het recht op aftrek wanneer
investeringsgoederen door middel van een subsidie zijn verkregen. Deze bepalingen maakt inbreuk op een
fundamenteel recht op het gebied van de BTW, met name het recht op aftrek.
Spanje - uitslag van producten uit een belastingentrepot
Artikel 16 van de Zesde
BTW-Richtlijn geeft de lidstaten het recht om, naast douane-entrepots, belastingentrepots in te stellen. Ten
einde de uitslag van goederen uit deze entrepots te kunnen controleren, heeft Spanje bepaald dat bij de uitslag
van goederen uit belastingentrepots een specifiek formulier moet worden ingevuld en BTW moet worden betaald.
Spanje voert zodoende een dubbele formaliteit in (twee formulieren, de normale BTW-aangifte en het specifieke
formulier, en twee opeenvolgende betalingen van BTW) waarin de richtlijn niet voorziet en die strijdig is met
het streven naar vereenvoudiging van de belastbare handelingen, dat aan de invoering van de belastingentrepots
ten grondslag ligt.
De meest recente informatie over de
inbreukprocedures ten aanzien van alle lidstaten is opgenomen in de volgende website :
http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/droit_com/index_fr.htm