AA
Taaldiscriminatie - 'Native speakers'

Taaldiscriminatie - 'Native speakers'

13 december 2000

Bart Staes (Spirit) stelt een eerste schriftelijke vraag via het Adviescomité van Europese aangelegenheden aan Laurette Onkelinx, federaal minister van Werkgelegenheid en Gelijke Kansen. Staes is - aan de vooravond van het Europees Jaar van de Talen - bezorgd over het groeiend aantal plaatsaanbiedingen dat uitdrukkelijk vraagt naar 'native English speakers'. Onmiddellijke aanleiding voor de vraag is een vacature bij de Raad der Europese gemeenten en regio's. Tegelijk meldt hij dat bladen als The Bulletin en European Voice wekelijks dit soort advertenties plaatsen.
"Het moedertaalcriterium druist in tegen het non-discriminatiebeginsel bij de aanwerving van personeelsleden in de landen van de Europese Unie. Niet-Engelstaligen worden bij voorbaat uitgesloten van de selectieprocedure, zelfs als ze de taal meer dan behoorlijk machtig zijn."

Onkelinx (Antwoord van 29 januari 2001 - QRVA 50 061) zegt dat haar bevoegdheid zich beperkt tot aanwervingen op het Belgisch grondgebied, maar interpreteert niettemin aan de hand van internationale wetgeving en verdragen.
1) Internationale wetgeving
“De vereiste van de kennis van een vreemde taal komt mij als normaal voor en bevindt zich trouwens bij de gewone aanwervingscriteria. De eis waar het hier om gaat ligt anders en slaat op de afkomst; dit is duidelijk waar men native speaker of mother tongue preciseert.
Deze vereiste komt mij als overdreven voor en is rechtstreeks in strijd met het beginsel van non-discriminatie en van vrij verkeer van de werknemers.”
(nuttige wetgeving: art. 39 Verdrag van Rome - 25 maart 1957 // reglement EEG nr. 1616/68 van de Raad van 15 oktober 1968; maar ook EVRM art. 14 en Conventie (C111) betreffende de discriminatie van de Internationale Arbeidsorganisatie van 1958, garatificeerd op 22 maart 1977).

Onkelinx roept ook regelgeving in België in om de discriminatie aan te tonen.
2) Wetgeving in België
Collectieve Arbeidsovereenkomst nr. 38, binnen de Nationale ArbeidsRaad, art. 2bis (alleen van toepassing in de private sector).
Decreet van de Raad van de Franse Gemeenschap van 30 juni 1982
Decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 19 juli 1973 (decreet Vandezande), gewijzigd bij decreet van 1 juni 1994.

Tot driemaal toe bevestigt Onkelinx dat er sprake is van discriminatie wanneer men het moedertaalcriterium inroept als selectiecriterium.

10 januari 2001

Bart Staes stelt een (inhoudelijk soortgelijke) schriftelijke vraag (E4100/00) aan de Europese Commissie. Commissaris Diamantopoulou van Sociale Zaken en Werkgelegenheid antwoordt op 21 februari 2001 dat het aan de nationale staten is om tussen te komen in geval van discriminatie.
Ze stelt dat de regels van de Europese Unie niet alleen open discriminaties verbieden, maar ook "verborgen discriminaties die door toepassing van blijkbaar neutrale criteria in feite tot hetzelfde resultaat leiden".
En verder: “In sommige situaties kan het bijgevolg gerechtvaardigd zijn van een sollicitant een talenkennis van een zeer hoog niveau te eisen. De onmogelijkheid om hiervan het bewijs te leveren door andere middelen dan het feit dat een taal de moedertaal van de sollicitant is, zou echter kunnen worden beschouwd als onevenredig ten aanzien van het nagestreefde doel. De nationale autoriteiten, waaronder de rechtbanken, van de betreffende lidstaat moeten van geval tot geval bekijken of de eisen van de werkgever in overeenstemming zijn met het Gemeenschapsrecht. Het is bijgevolg niet aan de Commissie om in dit geval handelend op te treden.”

De commissaris verwijst naar regelgeving (Verordening (EEG) nr. 1612/68, art. 3, lid 1, laatste zin), maar ook naar de 'zaak Angonese' (arrest Hof van Justitie van 6.6.2000). Die betreft een sollicitant die een attest van tweetaligheid nodig had. Dat werd enkel verschaft in één bepaalde Italiaanse regio. De sollicitant kon er niet over beschikken, hoewel hij in de feiten perfect in aanmerking had kunnen komen voor de functie. Het Hof besluit dat dit niet kan op basis van art. 48 van het EG-verdrag. Dat artikel “verzet zich ertegen dat een werkgever kandidaten in het kader van een vergelijkend onderzoek voor de aanwerving van personeel de verplichting oplegt, hun talenkennis uitsluitend te bewijzen door middel van één enkel diploma, dat in één enkele provincie van een lidstaat wordt afgegeven.”

5 februari 2001 - Antwoord Raad van Gemeenten en Regio’s in Europa
Men zocht iemand voor de redactie van een ‘English Language Newletter’ (sic). Daarom moest het iemand zijn die de Engelse taal perfect beheerst. Voortaan zal de vermelding worden gemaakt dat men op zoek is naar een native speaker of 'equivalent'.

Midden februari 2001

Over de native speakers verschijnt een artikel in Trends International ('Queen’s English' TI nr. 6, 2001). Daarin is o.m. sprake over het Centrum Leman. Leman geeft te kennen dat de huidige Belgische wetgeving niet volstaat. Letterlijk: "Het is bizar, maar onder de huidige Belgische wetgeving zal het moeilijk zijn om op te treden tegen Europese organisaties die discrimineren op basis van taal". In het artikel is ook sprake van het Charter over de Fundamentele Vrijheden zoals voorgesteld in Nice. Art. 21 daarvan gaat over het verbod op taaldiscriminatie.

13 maart 2001

Staes stelt een bijkomende schriftelijke vraag (E0779/01) aan de Commissie. Op 18 april 2001 volgt Diamantopoulous antwoord.
Vraag: Is het moedertaalcriterium een inbreuk op het non-discriminatiebeginsel?
Antwoord: Dat criterium zou discriminatoir kunnen zijn en bijgevolg het vrij verkeer van personen binnen de Unie hinderen.

Midden april

Trends International (TI, nr. 16, 2001 - midden april) publiceert een nieuwe bijdrage over het fenomeen: 'Angry Language'. Letterlijk: "Veel Europeanen geraken stilaan gefrustreerd. Als er niets gebeurt dan zal er reactie komen. (…) Pan-Europese organisaties gedragen zich discriminerend t.o.v. de meerderheid van de Europeanen."
Meer en meer studenten zien zich verplicht een of meerdere jaren in de VS of Groot-Brittannië te gaan studeren enkel en alleen om hun Engels op peil te brengen. "We moeten ons verzetten tegen de discriminatie van werkgevers die enkel mensen aanwerven met diploma’s of MBA’s van Engelstalige universiteiten."
Dit is niet enkel een discriminatie inzake afkomst, maar ook op het sociale vlak, weet Trends International. Niet alle ouders kunnen studies in het buitenland betalen.

19 maart - 4 december 2001 - Federaal advies

Staes stelt op 19 maart 2001 ook een bijkomende vraag aan Onkelinx via het Adviescomité. Na ruim vijf maanden herhaalt hij deze vraag. Op 4 december wordt ze uiteindelijk beantwoord.

Vraag: Is Onkelinx zinnens om juridische stappen te ondernemen? Doet de minister daarvoor een beroep op de Belgische wetgeving inzake discriminatie en racisme? Doet zij een beroep op het Centrum van Gelijke Kansen?
Antwoord: Geen nieuwe juridische instrumenten. “De inspectie sociale wetten van het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid is bevoegd om die inbreuken vast te stellen. Het is bijzonder moeilijk - bij gebrek aan tijd - voor de arbeidsinspecteurs om de pers en de publicatie van werkaanbiedingen te raadplegen. Wanneer hun evenwel een dergelijke situatie ter kennis gebracht wordt dan zullen de arbeidsinspecteurs onmiddellijk interveniëren om de discriminatie te doen ophouden.”
En ook: “Ik meen bijgevolg dat het Centrum (van Gelijke Kansen/red.) op eigen initiatief eveneens de aandacht kan trekken van de werkgevers die ‘native’ of ‘mother tongue’-taalniveau eisen. Ik heb evenwel beslist om een nauwere samenwerking in te voeren tussen de arbeidsinspectie en het Centrum voor de Gelijkheid van kansen en racismebestrijding. Aldus denk ik een synergie te zullen creëren rond alle vragen omtrent discriminatie.”

Omdat het antwoord van Onkelinx zo lang op zich laat wachten neemt Els Van Weert (Kamerlid voor Spirit) de vraag over, samen met collega Coenen (Ecolo). Ze stelt ze in de commissie Sociale Zaken (CRABV 50 COM 593). Onkelinx antwoordt op 27 november 2001.
De vraag van Van Weert is soortgelijk aan die van Staes, met evenwel een specifieke verwijzing naar het TACIS-programma van de Europese Commissie. Dat is voor z’n informatiecentrum op zoek naar een Engelse moedertaalspreker.
Zal de minister juridische stappen ondernemen? Zal de minister een beroep doen op de bestaande wetgeving? Zal de minister een beroep doen op het Centrum voor Gelijke Kansen? Het antwoord van Onkelinx is quasi letterlijk hetzelfde als hetgeen ze, met ruim een half jaar vertraging, aan Staes zal verschaffen. (zie boven).

In tussentijd bij de Commissie

Op een nieuwe, bijkomende schriftelijke vraag (2901/01) van Staes aan de Commissie
antwoordt commissaris Verheugen, verantwoordelijk voor de uitbreiding van de EU, op 3 december 2001. Bij een vacature is ‘een dergelijke bewoording’ ‘niet gepast’. “Deze blijkbaar discriminerende bewoording had beter geformuleerd moeten worden om duidelijk te maken dat een goede beheersing van een bepaalde taal en vereiste voorwaarde was voor de vacature. In een dergelijk geval is zulk een vereiste geen discriminatie zoals de Commissie heeft onderstreept in haar antwoord op de schriftelijke vraag E - 0779/01." Verheugen heeft East West Consulting (zie verder en voetnoot 1 volgende bladzijde) geadviseerd om 'een herhaling van een dergelijk incident te voorkomen’.

Op 23 mei 2001 stelt Staes twee bijkomende schriftelijke vragen aan de Commissie. (E-1681/01 en E-1682/01). Het gaat om gedetailleerde vragen ivm. een Socrates-aanwerving. Socrates is een bureau voor technische bijstand aan de Europese Commissie. Daarbij gaat vooral aandacht naar de selectieprocedure. Hoeveel native speakers, hoeveel eerste selectie, welke (buitenlandse) studies hadden de non-native speakers, …
In de tweede vraag gaat het hierover: “Niet-moedertaal Engelstaligen zijn bij voorbaat uitgesloten van selectieprocedures zelfs wanneer hun beheersing van het Engels of Frans meer dan goed is. Moedertaalsprekers van andere talen komen niet langer meer in aanmerking voor sommige functies. Het is verbazend dat Socrates zich te buiten gaat aan deze discriminatie.". Omdat het antwoord opnieuw bijzonder lang uitblijft, herhaalt Staes zijn vraag (E-2900/01). Op 2 oktober 2001 krijgt hij antwoord, dit keer van Commissaris Reding van Onderwijs en Cultuur: “Het kan gebeuren dat deze organisaties nood hebben om personeel aan te werven dat een of meerdere talen perfect beheerst.” Binnen dat kader moeten zij zich niettemin aan de wetgeving houden. De Commissie heeft Socrates er op gewezen dat uitdrukkingen als ‘moedertaalspreker’ als discriminerend kunnen worden beschouwd en dus niet in overeenstemming met de EU-wetgeving. Voortaan zal ook Socrates op zijn tellen passen. Er werd geen communicatiedeskundige aangeworven. Ook geen Engelstalige.

Ondertussen

Ook de Esperantisten laten zich in dit debat niet onbetuigd. Een van hen Scipo Prikatel schrijft zelf een brief aan East-West Consulting, de onderneming die de selectie doet voor Phare/Tacis (zie ook vraag Van Weert). Van het selectiebureau krijgt hij geen antwoord, wel van Europees Commissaris Günter Verheugen, die een kopie van de brief kreeg toegestuurd. Verheugen laat weten dat het noodzakelijk was een native-speaker aan te werven. Die heeft inderdaad een Brits paspoort, maar spreekt ook Frans en Armeens. De Commissaris heeft EWC verwittigd, heet het, en het bureau 'zal het nooit meer doen'.

Diezelfde Prikatel schrijft ook aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa, Walter Schwimmer, een brief. Dit n.a.v. de aanwerving van een woordvoerder - een native speaker uiteraard - voor de Raad van Europa
Schwimmers antwoord komt per e-post (27 november 2001): de Raad van Europa heeft slechts twee officiële talen (Engels en Frans). Native speakers zijn niet nodig voor veel functies. Slechts twee uitzonderingen: vertalers en woordvoerders.
'Wij (Schwimmer en de Raad van Europa/red.) zijn nagegaan hoe andere internationale organisaties omgaan met hun functies "voor native speakers". De meeste andere internationale organisaties gebruiken uitdrukkelijk de term ‘mother tongue’ voor functies waar dit nodig is. Voortaan zal de Raad volgende omschrijving gebruiken: ‘moedertaal of de belangrijkste taal van onderwijs’', klinkt het ongeveer.

Nieuwe actie

Inmiddels beschikt Staes, mede dankzij de inspanningen van enkele taalbewuste esperantisten, over een lijst van naar schatting 300 (of meer) vacatures voor native speakers. De meesten daarvan worden ingevuld in Brussel. Niet alleen de zowat 2.000 ondernemingen die op een of andere manier betrokken zijn bij het Europese gebeuren (denk aan consultancy, lobbyisten, ...) met een zetel in Brussel werven op deze manier mensen aan. Ook internationale instellingen doen het zonder schroom.

De conclusie is duidelijk: internationale instellingen allerhande schromen zich niet voor de discriminerende aanwerving van native speakers. Anderzijds raken deze instellingen er stilaan van doordrongen dat termen als 'native speaker' echt wel discriminerend zijn. Onder druk van o.a. de Commissie (die deze mensen vaak indirect (!) tewerkstelt) voeren ze een opsmukoperatie door. De voorgestelde oplossingen zijn puur kosmetisch en ook wel een beetje hypocriet: 'Gebruik deze termen niet meer en het probleem is opgelost'.
Dat is het hoegenaamd niet wanneer je inwoner bent van 1 van de 13 EU-lidstaten die het Engels niet als moedertaal hebben. Sollicitanten die niet uit Ierland of Groot-Brittannië komen, maar wel een flinke dosis ervaring, kennis en diploma's kunnen voorleggen, komen voor tal van interessante functies in een internationale omgeving gewoon niet in aanmerking. Hoe hard zij (en vaak: de ouders) ook investeren in taalstages allerhande.

Midden december richt Staes zich ook tot het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding. Zijn brief van 10 december krijgt al na vier dagen een duidelijk antwoord van Johan Leman: "Ons inziens is de voorwaarde 'native english speaker' een duidelijk geval van indirecte discriminatie op basis van nationale of etnische afkomst."

In dezelfde periode confronteert Staes Onkelinx met een nieuwe vraag:
1) Moet de wetgeving echt niet worden gewijzigd? Heeft zij haar arbeidsinspecteurs inmiddels de opdracht gegeven de TACIS-aanwerving te onderzoeken.
2) Zal zij als bevoegde overheid de sollicitanten beschermen?
3) Zal de minister het aantal arbeidsinspecteurs uitbreiden?
4) Beseft de minister dat deze manier van aanwerven 99,999% van de afgestudeerden én werkzoekenden in België discrimineert?
Voorlopig is er nog geen antwoord.

Geen verbod op gebruik term 'moedertaalspreker'

Staes stelt ook aan de Commissie een nieuwe vraag (10 december). Kern daarvan is of de Commissie het eens is met de vaststelling dat 'een aanpassing van het woordgebruik weinig doet aan de essentie van de zaak'. Voorts vraagt hij of de Commissie erkent dat werkzoekenden uit 13 lidstaten systematisch worden gediscrimineerd omdat ze geen 'native speakers' zijn? Welke acties zal de Commissie daartegen ondernemen?

Het antwoord van Commissaris Diamantopoulou komt er op 13 maart 2002: de Commissie is de mening toegedaan dat de wijziging van de formulering van "moedertaalspreker" in "moedertaalspreker of iemand met gelijkwaardige kennis" aanvaardbaar is krachtens de Gemeenschapswetgeving, indien een zeer goede kennis van een bepaalde taal een vereiste voorwaarde is voor de specifieke functie. Het is de taak van de nationale rechter om in individuele gevallen op basis van de concrete feiten te beoordelen of er sprake is van discriminatie van migrerende werknemers.
De Commissie is anderzijds "nog niet bevoegd om procedures in te leiden tegen particuliere ondernemingen en niet-gouvernementele organisaties (NGO's) met betrekking tot de Gemeenschapswetgeving inzake het vrije verkeer van werknemers. Het is dan ook aan de migrerende werknemer die zich gediscrimineerd voelt om eventueel een procedure in te leiden tegen de betreffende onderneming of NGO."

Kortom: wie wil solliciteren voor een functie waarin gezocht wordt naar een Engelse moedertaalspreker en zich daaraan stoort moet zijn potentieel toekomstige werkgever eerst zélf voor de rechter trekken ...

En dat is nogal vreemd. Daarom vraagt Staes in een nieuwe vraag of de Commissie akkoord kan gaan met het totaalverbod in de Unie van de term 'native speaker'. Neen, aldus de Commissie. Toch gaat ze ermee akkoord dat de term 'moedertaalspreker' in geen geval aanvaardbaar is krachtens het Gemeenschapsrecht. Maar: "De vereiste van een 'perfecte kennis' kan echter op zich niet als onrechtmatig uit hoofde van het Gemeenschapsrecht worden beschouwd, als een zeer hoog niveau van kennis van een bijzondere taal nodig is voor de betreffende baan; de werkgever moet de noodzaak van deze vereiste aantonen. Aangezien de vereiste van een perfecte kennis van een bijzondere taal op zich niet strijdig is met het Gemeenschapsrecht, is de Commissie niet voornemens om de lidstaten te dwingen om het gebruik van deze term te verbieden in personeelsadvertenties die een dergelijke kennis vereisen. De Commissie beveelt echter het gebruik van een uitdrukking aan zoals een "perfecte of zeer goede kennis van een bijzondere taal" als voorwaarde voor de toegang tot banen waarvoor een zeer hoog niveau van kennis van die taal nodig is."
Toch is er opnieuw een klein succesje: in haar relaties met haar contractanten zal de Commissie erop wijzen dat de term 'native speaker' een discriminatie kan inhouden. "De Commissie zal gebruik blijven maken van haar bevoegdheden om discriminatie te bestrijden, die veroorzaakt wordt door de opname van een vereiste inzake de kennis van een taal als "moedertaalspreker" in personeelsadvertenties. Dit geldt ook voor haar relaties met haar contractanten", luidt het.

Wat volgt ...

Staes overweegt inmiddels welke actie hij nog kan ondernemen om deze discriminatie ongedaan te maken. Wordt het Engels steeds meer voertaal nr. 1 in Europa, het Nederlands komt meer en meer onder druk te staan. In tal van vragen en andere (parlementaire) initiatieven blijft Staes zich inzetten voor de positie van het Nederlands in Europa. Als één van de 11 officiële talen verdient het Nederlands immers evenveel respect dan om het even welke andere taal.

GroenDe enige partij die sociaal én milieuvriendelijk is.

www.groen.be

De Groenen/EVAGroenen en Europese Vrije Alliantie in het Europees Parlement.

www.greens-efa.eu

Samen ijveren voor een beter Europa en klimaat?