Wat in maart 2012 in Syrië begon als actief geweldloos verzet tegen het dictatoriale regime van president Bashar al-Assad is snel uitgemond in een militaire logica: een militair conflict en een dreigende burgeroorlog. Hoe is dat kunnen gebeuren?
Internationale actoren
Het regime van Assad werd en wordt gesteund door internationale actoren: IRAN (de Iranese sjiieten voelen zich verwant en solidair met de Syrische alevieten, een vrijzinnige stroming binnen de sjiietische islam), LIBANON (met de militante politieke sjiietische partij Hezbollah) en RUSLAND (voor wie de Syrische havens belangrijk zijn voor hun geopolitieke strategie).
Verdeelde oppositie
De oppositie tegen Assad is erg verdeeld, ze vormt geen homogeen blok: de geweldloze oppositie van in den beginne is weggedeemsterd. Stilaan zijn er grote tegenstellingen gegroeid binnen de oppositie tussen militaristen en geweldloze activisten.
- De eerste opposanten, gegroepeerd in Lokale Coördinatiecomités (LCC), die geweldloos en progressief verzet pleegden, werden vrij snel overschaduwd door andere groepen.
- Het Nationaal Coördinatiecomité voor Democratische Verandering (NCC) is de oudste Syrische overkoepelende oppositiebeweging, waarbinnen aanvankelijk heel wat Koerdische groepen actief waren, nu minder.
- De Syrische Nationale Raad (SNC): wordt in Syrië beschouwd als een "buitenlandse" groepering, gefinancierd door Turkije, Qatar en Saoedi-Arabië. De samenstelling ervan is zeer verscheiden met leden van de Moslimbroederschap (een wereldwijde islamitische beweging) naast seculiere groepen.
- Het Vrije Syrische Leger (FSA) van de oppositie, gesteund door Turkije.
Na het mislukken van het Vredesplan van Kofi Annan zijn de ongewapende groepen min of meer van het toneel verdwenen.
De Koerden
De Koerden, een bevolkingsgroep van ± 2 miljoen mensen in West-Koerdistan (Noord-Syrië), hebben zich meer en meer verenigd nadat de troepen van het Assad-regime vorige zomer gedwongen werden te vertrekken. De grootste Koerdische partij, de Democratische Eenheidspartij (PYD), heeft samen met 15 kleinere Koerdische organisaties die verenigd zijn in de Koerdische Nationale Raad (KNC) besloten om een hoger orgaan te creëren: de Hoge Koerdische Raad (DBK). In dit orgaan krijgen beide groepen 5 vertegenwoordigers om gezamenlijk tot besluiten te komen over de toekomst van West-Koerdistan. Deze ontwikkelingen hebben tot grote vreugde geleid bij de Koerden. In de grootste Koerdische stad Qamiºlo hebben tienduizenden de Koerdische eenheid gevierd.
De Koerden van Syrië vormen nu een derde factor tussen het regime van Assad en het Vrije Syrische Leger (FSA) in. Zij hebben min of meer de controle over de Koerdische gebieden in het noorden van Syrië. De Koerdische steden worden nu beschermd door de Koerden zelf. Maar anderzijds zitten de Koerden ingesloten tussen Turkije en Irak. De grenzen zijn geblokkeerd. Dit is problematisch aangezien de Syrische Koerden leven van de verkoop van hun landbouwproducten. Dit betekent op termijn een humanitaire ramp.
De argwaan van de Koerden t.o.v. de oppositie wordt veroorzaakt door:
- de rol van Turkije dat de SNC (Syrische Nationale Raad) en het FSA (Vrije Syrische Leger) steunt;
- het feit dat de oppositie moeite heeft om afstand te doen van het "Arabische" karakter en dito naam van de vooropgestelde toekomstige Syrische republiek;
- de vrees van de Koerden voor een regionale oorlog, onder leiding van Turkije, als het regime valt zonder politieke dialoog; deze vrees leeft ook bij andere minderheden, zoals de christenen, vooral door de invloed van radicale islamieten; vandaar dat Koerden en christenen systemen van zelfbestuur en volkstribunalen opgericht hebben in hun wijken; daarom ook zoekt de Hoge Koerdische Raad steun bij de internationale democratische gemeenschap
De internationale actoren
Het Vredesplan van Kofi Annan is vanaf het begin gesaboteerd door alle betrokken actoren. Het regime van Assad zag zich al snel geconfronteerd met een gewapende oppositie die van het Vredesplan niets wou afweten.
Daarnaast was het duidelijk dat de Arabische oliestaten Qatar en Saoedi-Arabië het Vredesplan eigenlijk niet aanvaardden. Na de bijeenkomst in Istanbul in maart jl. lieten ze blijken dat ze door zouden gaan met het financieren van de oppositie, lees steun verlenen aan het Vrije Syrische Leger (FSA), terwijl ze tegelijkertijd lippendienst bewezen aan het Vredesplan. In feite hielpen ze het mislukken.
Hetzelfde geldt voor de Verenigde Staten die het FSA logistiek steunden. In de VN-Veiligheidsraad kwam het tot een blokkering door de standpunten van China en Rusland. Deze grootmacht deed desondanks in juni jl. nog wel een poging om het Vredesplan terug op de rails te zetten, echter zonder succes. De VS anderzijds liet de mogelijkheid onbenut om Rusland en China druk te laten uitoefenen op het regime van Assad. Het Vredesplan is niet alleen mislukt, het is in feite nooit begonnen.
Mogelijke toekomstscenario's
1° Een militaire interventie.
Niemand staat echt te springen voor dit scenario, vanwege de complete instabiliteit die het in de regio zou kunnen veroorzaken. Men is bang voor de gevolgen, want bij een militair ingrijpen, zullen ook landen als Irak, Iran, Libanon, Turkije... betrokken raken. Het risico is bovendien reëel dat het conflict een sektarisch en fundamentalistisch karakter krijgt, met massale slachtingen. Volgens het rapport van de International Crisis Group zorgen externe groepen er voor dat de sektarische spanningen stijgen. Als Assad of bepaalde salafistische groepen (het salafisme is een fundamentalistische, antiwesterse islamitische stroming) chemische wapens zouden gebruiken, dreigt de VS met een interventie.
Maar in feite is de discussie over een militaire interventie een louter theoretische zaak, aangezien er in de praktijk al een militaire tussenkomst bezig is via de buitenlandse steun aan gewapende oppositiegroepen.
2° Een interne machtsstrijd in Syrië.
Dit scenario wordt door velen gewenst, maar volgens ervaren waarnemers is dit eerder droom dan realiteit. De minderheden in Syrië zijn niet echt verenigd, maar ze delen eenzelfde angst voor een soennitische dominantie.
3° Een politieke oplossing op basis van het Vredesplan van de Verenigde Naties.
De politieke oplossing is uiteindelijk de enige mogelijke oplossing voor de Syrische crisis, hoe moeilijk ook, want het alternatief is een gruwelijke slachterij. Maar deze oplossing is vooralsnog geen haalbare kaart, zolang men niet ophoudt met het financieren van de bewapening van de diverse partijen.
Voor het regime van Assad komen de wapens uit Frankrijk, Iran (adviseurs en wapens) en vooral uit Rusland.
Voor de oppositie komen de wapens uit Irak, Qatar, Saoedi-Arabië, Turkije en uit Libië na de val van Kadhafi (via Qatar en Turkije). Uit Irak komt de steun vooral van het soennitische verzet tegen de sjiitische regering van de Irakese Eerste Minister Maliki.
Besluit
Het VN-Vredesplan is de enige weg naar een oplossing van de Syrische kwestie. De enige sleutel om de deur naar vrede te openen is aan tafel gaan zitten.
Bart STAES,
Europees Parlementslid voor GROEN