AA
Leugen 6

Syngenta zegt :

"Zaadbehandeling met neonicotinoïden is een voor het milieu veilige techniek. Het biedt vroeg in het seizoen een breed spectrum van bescherming tegen insecten, maakt de plant krachtiger en verhoogt de gewasopbrengst. Zaden die worden behandeld met neonicotinoïden zijn mais, katoen, granen, suikerbiet, koolzaad (canola), groenten en rijst. Het insecticide wordt geabsorbeerd en in de plant verspreid naarmate hij groeit; het heeft dus enkel invloed op insecten die zich voeden met de groeiende plant."

Ons antwoord :

Beweren dat met neonicotinoïden behandeld zaad 'veilig is voor het milieu' is zoals beweren dat de aarde plat is. Neonicotinoïden zijn ondertussen wereldwijd de meest gebruikte pesticiden. In Europa worden ze vooral gebruikt als sproeimiddel (70%), om zaden te coaten (20%), en voor strooikorrels. Maar de werkzame stof waarmee de zaden worden gecoat, wordt slechts gedeeltelijk door de gewassen geabsorbeerd (20%). De rest komt terecht in de grond, het grondwater en het oppervlaktewater en vervuilt dus de hele omgeving en het milieu. De chemicaliën kunnen vervolgens worden opgenomen door opeenvolgende teelten en in contact komen met bijen en andere, non-target insecten via nectar en stuifmeel - zelfs nadat het gebruik ervan is gestaakt [16] en via guttatie [17]. Ook verschillende geleedpotigen waarvoor de neonicotinoïden niet zijn gemaakt, kunnen aan de stoffen worden blootgesteld via vervuiling van plassen en de vochtige bodem (Edney 1977).

Deze insecticiden zijn systemisch, wat betekent dat ze zijn geselecteerd om achter te blijven in het bodemwater en het vasculaire systeem van planten binnen te dringen. Ze komen uiteindelijk terecht in de nectar en het stuifmeel en ook in guttatie.

Deze stoffen zijn neurotoxines [18], wat betekent dat ze inwerken op het zenuwstelsel van insecten. Neonicotinoïden binden zich onherroepelijk aan cruciale receptoren in het centrale zenuwstelsel van insecten en veroorzaken onomkeerbare effecten. De schade is cumulatief en bij elke blootstelling worden meer receptoren geblokkeerd [1].

De gifstoffen zijn niet soortspecifiek; dit wordt bevestigd door de beschrijvingen in patentaanvragen voor neonicotinoïden. Ze houden dus een risico in voor andere non-target insecten of ongewervelde dieren die ook worden vergiftigd als ze in contact komen met de werkzame stof. De blootstelling kan acuut zijn, de onmiddellijke dood veroorzaken, maar ook chronisch (cumulatieve blootstelling met geleidelijke opstapeling in de bij of de kolonie); de effecten kunnen ook subletaal zijn. Deze stoffen doden dus niet altijd onmiddellijk of direct, maar afhankelijk van de doses ook op langzame wijze. Door aantasting van het normale functioneren van het insect (aantasten van de immuniteit, gedragskenmerken enz.) zal het insect uiteindelijk toch sterven.

Op zijn website en in dure advertenties in grote kranten van alle lidstaten, ontkent Syngenta de hierboven beschreven blootstelling via nectar, stuifmeel en guttatie.

Naast de reeds vermelde wetenschappelijke studies zijn er ten minste zes wetenschappelijke studies [19] die de beschreven blootstellingsroutes staven. Het 'draft assessment report' dat agrochemische bedrijven moeten indienen als ze een nieuwe werkzame stof (pesticide) op de markt willen brengen, omvat een rubriek over de ecotoxicologie voor honingbijen. Ze moeten dus al concentraties geven van de toxines in stuifmeel en nectar, wat impliceert dat dit een aangetoonde en wetenschappelijk erkende blootstellingsroute is. In de EFSA-studie werden deze blootstellingsroutes dan ook duidelijk erkend.

_______________

[1]Rosemary Mason R., Tennekes H., Sánchez-Bayo F., Jepsen P.U. (in press) Immune Suppression by Neonicotinoid Insecticides at the Root of Global Wildlife Declines

[16] Bonmatin JM, Marchand PA, Cotte JF, Aajoud A, Casabianca H., Goutailler G, Courtiade M (2007). Bees and systemic insecticides (imidacloprid, fipronil) in pollen: subnano-quantification by HPLC/MS/MS and GC/MS. Environmental fate and ecological effects of pesticides, Re, A.A.M.d. et al., editors, 827-834, 978-8-87830-473-4.

[17 ] Girolami, V.; Mazzon, L.; Squartini, A.; Mori, N.; Marzaro, M.; Di Bernardo, A.; Greatti, M.; Giorio, C. & Tapparo, A., 2009. Translocation of neonicotinoid insecticides from coated seeds to seedling guttation drops: a novel way of intoxication for bees. Journal of economic entomology. 102(5):1808-15.

[18 ] Kimura-Kuroda J, Komuta Y, Kuroda Y, Hayashi M, Kawano H (2012) Nicotine-Like Effects of the Neonicotinoid Insecticides Acetamiprid and Imidacloprid on Cerebellar Neurons from Neonatal Rats. PLoS ONE 7(2): e32432. doi:10.1371/journal.pone.0032432

[19] Sánchez-Bayo F, Tennekes HA, Goka K (2013) Impact of Systemic Insecticides on Organisms and Ecosystems


GroenDe enige partij die sociaal én milieuvriendelijk is.

www.groen.be

De Groenen/EVAGroenen en Europese Vrije Alliantie in het Europees Parlement.

www.greens-efa.eu

Samen ijveren voor een beter Europa en klimaat?